27 84 VERSLAG GEMEENTELIJK WERKLOOZENFOHDS. kassen te doen dragen, en wel in dien zin, dat de Rijksover heid 50 pCt. van dien steun voor haar rekening neemt. Daardoor zullen: a. voor de gemeenten, die vóór het in werking treden der noodregeling een werkloosheidsfonds hadden opgericht, de uitgaven voor aanmoediging en ondersteuning der werk loosheidsverzekering in de toekomst minder bedragen dan voorheen; b. de gemeenten, die zich met de aanmoediging en onder steuning der werkloosheidsverzekering voortaan blijvend willen bemoeien, in hare geldelijke offers eene belangrijke tegemoetkoming ontvangen. Deze wijziging in de overheidsbemoeiing met de werk loosheidsverzekering is echter niet de eenige, welke naar het mij voorkomt in hare organisatie moet worden ge bracht. De ervaring, reeds langer opgedaan, doch tijdens den crisis-toestand vergroot, heeft aangetoond, dat de contri butiën (premiën, bijdragen) der verzekerden in het alge meen waren vastgesteld, zonder dat genoegzaam gelet was op den invloed van ongunstige jaren, zoodat de werklozen kassen niet voldoende reserven bezaten voor tijden van meer dan gewone werkloosheid. Dat zal dienen te veranderen. De bijdragen der verzeker den zullen binnen redelijke grenzen van draagkracht dermate dienen te worden verhoogd, dat in gunstige tijd perken eene reserve wordt gevormd, waardoor de kassen ook in tijden van meer dan gewone werkloosheid hare uit- keerings-functie zullen kunnen blijven waarnemen. Wel kan daarbij niet worden rekening gehouden met een buiten gewonen noodtoestand, als de wereldoorlog in den aanvang heeft in het leven geroepen, doch stellig moet het oog wor den gericht op eene meer dan normale werkloosheid, die ten gevolge van velerlei omstandigheden eiken bedrijfs tak nu en dan kan treffen. Het is mij bekend, dat bij de werkloozenkassen en hare leden de geneigdheid bestaat, om tot die reservevorming mede te werken door verhooging van contributiën; ten deele hebben zjj dat reeds tijdens de werking der noodrege ling getoond. Door de bepalingen, welke in de bijlage dezes (regeling C sub I) zijn opgenonien, zal worden verkregen, dat de hoogte der contributiën met de reservevorming zoo veel mogelijk rekening houdt. Het is echter gewenscht, om ten aanzien dier contributie- verhooging een nieuwen en krachtigen prikkel in het leven te roepen. Deze nu kan worden verkregen, door den steun der overheid in reehtstreeksch verband te brengen met de

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1915 | | pagina 1072