I 27 M 98 VERSLAG GEMEENTELIJK WERKLOOZENFONDS. i Het Bestuur van het Gemeentelijk Werkloozenfonds: (get.) H. DE WILDE, Voorzitter. (get.) J. G. KRUIS, Secretaris. het welslagen van de nieuwe regeling en dit bij den Ge meenteraad te bevorderen. Evenwel komt het ons Bestuur voor, dat Uw College aan den Minister kon schrijven, dat het alvorens definitief op zijn voorgestelde regeling in te gaan, eenige gegevens zal hebben te ontvangen. Deze gegevens betreffen de cijfers van de werkloosheidskauseu, waarover het Centraal Bureau beschikt en waarmede Uw College in kennis zou moeten worden gesteld, ten einde de eenige aanwijzing te verkrij gen voor de beoordeeling betreffende de vastgestelde con tributie en voorts ook welke beheersvoorschriften en andere administratieve bepalingen de Minister zich deukt aan de Gemeentelijke fondsen op te leggen. Ook- verdient het overweging aan den Minister te vragen de beteekenis van de woorden „in overleg met”, blz. 3 van de bijlage van het Ministerieel schrijven. En eindelijk be hoort, naar het ons wil voorkomen, een regeling te worden getroffen ter beslechting van eventueele geschillen tusschen de besturen van werkloozenkassen en het Gemeentelijk Werkloozenfonds. Ten slotte veroorlooft ons Bestuur zich onder uwe aan dacht te brengen, dat in de nieuwe regeling het zoogenaam de Noorscbe stelsel geen plaats vindt, aangezien de toela ting van centrale werkloozenkassen volgens de nieuwe regeling niet meer wordt overgfblaten aan de Gemeentelijke Werkloozenfondsen, maar ter beoordeeling staat van den Minister. Dit betreurende, moet ons Bestuur zich bij deze regeling neerleggen, doch deelt u tegelijk hierbij mede, dat het in overweging heeft genomen een plan om de ongeorganiseer den niet uit te sluiten van de voordeelen dezer regeling. Wij stellen ons voor in een nader schrijven het resultaat van deze overweging mede te deelen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1915 | | pagina 1086