I
I
Pi
118
Bij Kon. Besluit van 22 December 1915 No. 19 werd
de fatale termijn, gesteld in de Wet van 16 October 1914
(Stbl. no. 488), waarbij het algemeen nut is bepaald van
de onteigening voor verbreeding van het Z. W. gedeelte
Van de Heulstraat, met 6 maanden verlengd en dus
In de Raadsvergadering van 26 Juli werd vastgesteld
een verordening, houdende verbod tot aan bouw en tot
herbouw van gebouwen op grond, gelegen aan de Prin-
sessegracht, in de Raadsvergadering van 14 December
1914 aangewezen als in de naaste toekomst bestemd
voor aanleg van eene straat (zie jaarverslag over 1914
blz. 133).
Ten einde den Bezuidenhoutscheweg tusschen Helena
straat en de Carpentierstraat te zijner tijd een breedte
van 18 AI. te kunnen doen verkrijgen, werd in de
Raadsvergadering van 8 Februari een strook grond en
water aan de N.W.zijde van den Bezuidenhoutscheweg
bij de villa Carolinenhof en aangrenzende perceelen
aangewezen als in de naaste toekomst bestemd voor
aanleg van straat.
Een verordening, houdende verbod tot aanbouw en
herbouw van gebouwen op grond, gelegen aan de
Schouw burgstraat en de Casuariestraat en eenzelfde ver
ordening, betreffende een strook grond aan de Kazerne
straat, welke gronden ingevolge Raadsbesluit van 6 Juli
1914 (zie jaarverslag over 1914 blz. 133) waren aange
wezen als in de naaste toekomst bestemd voor aanleg
van een straat, werden vastgesteld in de Raadsvergade
ring van 3 Mei.
In de Raadsvergadering van 1 Februari ontvingen
Burgemeesters en Wethouders machtiging tot het doen
van de noodige stappen, ter verkrijging van onteigening
van perceel Kerkstraat No. 9, noodig voor de uitbreiding
van de openbare lagere school aan de Kerkstraat. Het
daartoe strekkend adres werd den 15JuniaanH.AI.de
Koningin toegezonden.
De stukken, bedoeld bij art. 6 der Onteigeningswet,
ter voldoening aan art. 7 dier wet, werden ter visie
gelegd van 9 Juli tot en met 18 Augustus d.a.v.