35 24 Eenigen tyd daarna ontving de Commissie van Burgemeester en Wethouders het bericht, dat de woning niet meer als zoodanig werd gebezigd en dat zy van wege den Gemeentelijken Reinigingsdienst zou worden gezuiverd en daarna dichtgespijkerd. „De woning is een één kamerwoning, waarvan de vloer onder het straatpeil ligt. Het gebrekkige, donkere en veel te enge privaat komt in het portaal uit; als het in gebruik is, kan de deur niet gesloten worden. In het kleine woonvertrek is één bedstede, die niet gebruikt kan worden, omdat er te veel onge dierte is, zoodat een bed voor het echtpaar en een kinderbedje in het vertrek zijn geplaatst. Behalve de vrouw en vier kinderen, werden bij het bezoek in dit vertrek nog aangetroffen een groote hond, een kat en een geit. Op den onbeschoten en niet lekvrijen zolder wer den drie bedden voor zes kinderen gevonden. Deze slaapplaatsen waren zeer vuil. De zolder schijnt trouwens geheel ongeschikt om te worden beslapen, terwijl w ij vermoeden, dat ook deze door ongedierte verontreinigd is. De verwaarloosde toestand der woning, het gebrek aan zindelijkheid en de bewoning door een groot gezin, dat in deze woning allerminst voldoende ruimte heeft, troffen ons des te meer, waar het pand eigendom is der Gemeente ’s-Gravenhage. Wij wijzen in dit verband nog op art. 112 der Bouw- en Woonverordening: voor naleving van dit artikel is blijkbaar door de Gemeente eigenaresse niet gezorgd. Wy veroorloven ons, Uwe aandacht op deze zaak te vestigen en aan te dringen op verbetering.” In 8 gevallen, betreffende in totaal 23 woningen, (waarvan 2 gevallen, betreffende 5 woningen, te Sche- veningen) werd de termijn van ontruiming van onbe woonbaar verklaarde woningen door den Gemeenteraad verlengd. Bijzonderheden omtrent de toegestane verlengingen geeft onderstaande staat. VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1915 | | pagina 1283