35 H 33 De Gezondheidscommissie te ’s-Gravenhage: H. L. Drucker, Voorzitter. H. J. NlEBOER, Secretaris. ’s-Gravenhage, 21 Juni 1915. het publiek in de eerste plaats bij haar leden er op aan te dringen, zich te onthouden van het koopen bij die verkoopers, bij wie die misstanden worden aangetroffen. In den zomer, toen het vliegengeraar (nader behandeld in Hoofdstuk XII) sterk de aandacht trok, plaatste de Commissie in de bladen een bekendmaking, gericht tegen het uitstallen van eetwaren, niet behoorlijk tegen vliegen afgedekt. Deze bekendmaking luidde als volgt: De Gezondheidscommissie hier ter stede heeft ook naar aanleiding van eene opwekking, die van den Centralen Gezondheidsraad is uitgegaan hare aandacht gevestigd op het rliegengevaar, dat thans, met het oog op de bijzondere omstandig heden, nog krachtiger dan in gewone tijden dient te worden bestreden. Het is aan de Commissie gebleken, dat ook in deze gemeente op verschillende eetucaren, die in winkels of aan den openbaren weg ten verkoop zijn uitgestald, vliegen worden aangetroffen, soms zelfs in grooten getale. Dit maakt niet alleen een indruk van onzindelijkheid, maar levert ook gevaar op voor overbrenging van besmettelijke ziekten. De Commissie noodigt daarom winkeliers en andere verkoopers dringend uit, de eetwaren door een doelmatige en zindelijke bedekking tegen de vliegen te beschermen. Die moeite is waarlijk niet groot en de kosten behoeven zeker niet daarvan te weerhouden. Voorts wees de Commissie, naar aanleiding van ver schillende klachten, het Gemeentebestuur op het meer malen voorkomende wasschen tan groente in de grachten. Zij betoogde, dat deze handelingen niet alleen een over treding opleveren van art. 222 der Algemeene Politie verordening, maar ook, vooral bij die groenten die rauw VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1915 | | pagina 1292