53 174 ’s-Gravenhage, 14 September 1915. In onze laatstgehouden openbare vergadering, op 7 Sep tember j.l., heeft het vraagstuk van het zevende leerjaar op de openbare scholen der 1ste en 2de klasse een onderwerp van bespreking uitgemaakt, naar aanleiding van een door een sub-commissie ad-hoc hierover uitgebracht rapport. Genoemde sub-commissie won, vóór het opstellen harer eind-conclusies, het oordeel over bedoeld vraagstuk in van de Afdeeling ’s-Gravenhage van het Nederlandsch Onder wijzersgenootschap, van idem van den Bond van Neder- iandsche Onderwijzers en van de Vereeniging van Hoofden van Openbare scholen in deze gemeente. Tijdens de besprekingen werd nog door den Voorzitter der sub-commissie medegedeeld, dat aan de lijst der „plaatsen, die onze gemeente reeds zyn voorgegaan by de invoering van een zevende leerjaar aan de „volksscholen” (pagina 4 van het rapport, onder no. 9), moet toegevoegd worden: Groningen, wat by nadere informatie is gebleken. Met op één na algemeene stemmen vereen igde onze Com missie zich met de onderstaande conclusies, door de sub commissie neergelegd in haar rapport, dat wy de eer hebben hierbij in drievoud aan Uw College over te leggen en waar van wjj hopen, dat de kennisneming U zal leiden tot het besluit van invoering van een zevende leerjaar op alle scho len der 1ste en 2de klasse in de gemeente ’s-Gravenhage. Conclusies lo. De resultaten van het onderwijs over de zes leerjaren •der gewone volksschool zyn onvoldoende. De leerlingen hebben aan het einde de leerstof niet genoegzaam verwerkt. 2o. De tegenwoordige vervolgklassen kunnen niet de noodige en gewenschte verbetering brengen. 3o. Wenscheljjk is het, dat aan de eerste- en tweede- klasse-scholen een zevende leerjaar worde toegevoegd. 4o. De leerstof der eerste zes leerjaren vorme, zoolang de leerplicht niet is uitgebreid, een afgerond geheel. I VERSLAG LAGER ONDERWIJS N°. 194. OnderwerpHet zevende leerjaar aan de openbare lagere scholen der 1ste en 2de klasse.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1915 | | pagina 1680