Bijlage 12
HOOFDSTUK I.
Belleer der fabrieken, enz.
VERSLAG van den toestand en de exploitatie der
Gemeentegasfabrieken over het dienstjaar 1915.
Geregeld werden dagelijks aan de fabrieken waarnemingen
verricht omtrent de hoedanigheid van het gas. De resultaten
dezer waarnemingen zyn in bylage 1 vermeld. De gemid
delden van maand tot maand der waarnemingen omtrent
de lichtsterkte en de zuiverheid van het gas, welke ter con
trole door Dr. J. Romeny in het laboratorium der H. B. S.
aan de Stadhouderslaan werden verricht, zijn eveneens in
bijlage 1 opgenomen. Verder werd op geregelde tijden het
ammonia-, koolzuur- en zwavelgehalte van het gas bepaald.
De fabrieken werden ingevolge Raadsbesluit van 16 Decem
ber 1879 beheerd door Burgemeester en Wethouders, bijge
staan door eene Commissie.
Deze Commissie bestond op 1 Januari 1915 uit de heeren
L. Hoejenbos, Mr. H. A. van Raalte, J. J. Verburg en J. H.
Warneke, onder voorzitterschap van den heer J. C. Jansen,
Wethouder voor de Gemeentebedrijven.
In de vergadering van den Gemeenteraad van 7 September
1915 werd de Commissie van bijstand in het beheer der
Gemeentefabrieken voor gas- en electriciteit opnieuw samen
gesteld; tot leden daarvan werden benoemd de heeren
J. W. Albarda, Prof. C. L. van der Bilt, L. Hoejenbos en
J. J. Verburg. Het voorzitterschap bleef opgedragen aan
den Wethouder, den heer J. C. Jansen.
De prjjs van het gas over gewone meters was 6 cents,
over muntmeters 6*/2 cent per M3. Die van gas voor indu-
strieele doeleinden bedroeg 5 cents per M3. met een rabat
van ’/2 cent per M3. voor het boven eene hoeveelheid van
10.000 M3. door eenzelfden verbruiker in één perceel of
aangrenzende perceelen, gedurende een kalenderjaar ver
bruikte gas.