16
16
2
VEKSLAG DEK VISSCHEKSHAVSK.
99
99
99
99
99
99
99
99
99
paard, daar liet vaartuig over.de geheele buitenhaven over
den grond werd getrokken; het was alleen te danken aan
het feit, dat het door twee sleepbooten gesleept werd, dat
het niet in de buitenhaven bleef vastzitten.
Een zestal vaartuigen kwam uit andere havens om voor
de trawlvisscherij uitgerust te worden. Aan deze visscherij,
welke den 5den Juni eindigde, werd, wegens het mijnen
gevaar, slechts deelgenomen door 24 loggers, welke 324
reizen op de haven maakten, waarvan:
30
25
23
24
1 logger 20 reizen
1 19
3 18
5 16
3 14
15
23
22
6 loggers 13 reizen.
1 12
1 10
1 7
2 1
Totaal kwamen voor dat doel van andere havens:
59 loggers en 6 bommen, deze getallen waren
voor 1914
1913
1912
1911
Bovendien maakte een. door een Scheveningsche reederij
aangekochte stoomtrawler 10 reizen op de haven. Van de
loggers, welke aan de trawlvisscherij deelnamen, behoorden
er 21 aan Scheveningsehe reederijen en drie in andere
havens thuis.
In 1914 werd de trawlvisscherij uitgeoefeud door 103 vaar
tuigen, welke 1355 reizen op de haven deden.
Een 27-tal loggers ankerde vóór de haven, de visch werd
met een roeiboot aan de markt gebracht
De trawlvisscherij was, niettegenstaande de schepen
later uitgingen dan in gewone omstandigheden, vrij
loonend. De visch was steeds hoog in prijs en de vangsten
waren bevredigend, zoodat meestal een goede besomming
gemaakt werd. Enkele schepen bereikten aan het einde
der visscherij een totale besomming van zes duizend gul
den, terwijl er meerdere waren, die tusschen de vier en vijf
duizend gulden kwamen.
De weersgesteldheid was over het algemeen gunstig met
veel Westenwinden.
Den 23sten Februari kwam reeds het eerste vaartuig,
hetwelk elders overwinterd had, naar hier om uitgerust te
worden voor de haringvisscherij.