16 3 VERSLAG DEK VISSCHEUSHA VEN’. 99 99 99 99 113 91 76 66 9, 99 Met de vaartuigen, welke alhier overwinterd hadden, en die, welke eerst aan de trawlvisscherij hadden deelge nomen, werden totaal in de haven voor de haringvisscherij uitgerust: 39 47 54 62 Het eerste vaartuig vertrok 20 April ter haringvisscherij, terwijl de laatste 28 November die visscherjj eindigden. Hoewel de vangsten niet buitengewoon groot waren, gaf de visscherjj een meer dan schitterend resultaat, doordat de prijzen drie en viermaal zoo hoog waren als in normale tijden. Gaf in gewone omstandigheden een besomming van f 14.000.reden tot groote tevredenheid, thans sprak men van een besomming van f 20.000.— als van een minder gun stige teelt, daar men vergelijkingen ging maken met be sommingen van f 30.000 en f 40.000, die als vrij normaal golden, terwijl vele schepen nog veel hoogere besommingen boekten. Het jaar 1915 zal dan ook in de analen van Sche- veningen bekend zijn als een gondjaar, waarvan vrijwel de geheele Scheveningsche bevolking geprofiteerd heeft. Te betreuren valt het, dat ook dit jaar de oorlogstoestand onschuldige slachtoffers gemaakt heeft, doch met blijd schap mag nog erkend worden, dat dit aantal veel grooter zou geweest zijn, wanneer niet menige Scheveningsche vis- scherman getoond had, ook onder gevaarvolle omstandig heden wat voor zijn evenmensch over te hebben. De vis- schersvaartuigen SCH. 316,181 en 450 zijn alle, vermoedelijk door het springen van mijnen verloren gegaan, doch de opvarenden werden geheel of gedeeltelijk onder min of meer moeilijke omstandigheden gered, resp. door de equi pages der loggers SCH. 141, 140 en 205. Van de SCH. 181 gingen echter 3 man en van de SCH. 450 een man verloren. Het Bestuur der Noord- en Zuid-Hollandsche Redding- Maatschappij vond in deze verschillende reddingen aanlei ding om belooningen uit te keeren, welke bestonden uit zilveren-, bronzen medailles en verrekijkers. De equipage van den logger SCH. 50 had het geluk de geheele bemanning van het Russische stoomschip „Gene ral Radetzky”, welk vaartuig in den grond was geboord, op te nemen. Gedurende het haringseizoen liepen veel meer loggers de 128 loggers en 12 bommen, tegen in 1914 1913 1912 1911

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1915 | | pagina 602