i: - 11 VERSLAG GEMEENTELIJKE GENEESKUNDIGE DIENST. 18^ aantal patiënten, de kern van den geneeskundigen arbeid gebleven en het kan voor allen, die in dit werk gelooven, een reden tot groote voldoening zijn, dat deze belangrijke aangelegenheid, die, te oordeelen naar eenige artikelen :n het „Nederlandseh Tijdschrift voor Geneeskunde”, thans meer algemeen de aandacht vraagt, in onze Gemeente bij de reorganisatie dei geneeskundige armenzorg terstond naar voren is gebracht en aan de leiding der behandelende geneeskundigen werd toevertrouwd. In de overtuiging, dat deze medewerkers van den gemeentelijken dienst door hun bekendheid met de gezinsverhoudingen in de verschillende wijken der Gemeente, door hun ervaring, opgedaan zoowel bij de behandeling der armen als bij het toezicht op de ziekenhuisverpleging der on- en minvermogenden, niet het minst ook door hun optreden in organisatorisch verband met het voordeel van over diverse hulpmiddelen en gege vens de beschikking te hebben inderdaad als de aan gewezen deskundigen zijn te beschouwen om, in innige samenwerking met het verplegend en verder hulppersoneel der wijk vereen igingen, dat arbeidsveld vol voetangels en klemmen, maar ook vol beloften van rijken oogst meest doeltreffend te bewerken. Met de jaren steeds beter. Al minder de fouten, al meer der de vruchten. Dezelfde gunstige ervaring als met de wijkvereeuigin- gen mocht ook in het contact met de overige particuliere instellingen worden opgedaan, zoo voor het verleenen van speeialistenhulp aan loopeude patiënten als voor de door- loopende verpleging in ziekenhuizen. Hierin zijn het de Roomsch-Katholieke Ziekeninrichting aan het Westeinde, de Diaconesseninrichting, het Kinder ziekenhuis en de Inrichting voor Ooglijders aan de Laan van Meerdervoort, de Roode Kruis-kliniek aan de Jan van Nassaustraat en de Zuigelingen-klinieken aan de Regen- tesselaan en het Oranjeplein, waarbij zich in den loop van het jaar nog de Algemeene Haagsche Polikliniek heeft aangesloten, die naar den inhoud der daartoe ontworpen contracten den geneeskundigen dienst bijstand hebben verleend. Ten laatste heeft ook de samenwerking met de twaalf krachtens overeenkomst beschikbare vroedvrouwen in het afgeloopen jaar niets te wenschen overgelaten. Hieraan kan nog worden toegevoegd, dat ondanks de uitbreiding van den dienst met twee geneeskundigen de behoefte aan vermeerdering van het aantal verloskundigen zich tot dus verre niet heeft doen gevoelen. Ook kan het zijn nut hebben nog eens te vermelden, dat

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1915 | | pagina 713