25
7
Varia.
H. E. van Gelder,
Gemeente-Archivaris.
Ik heb in mijne beide vorige jaarverslagen gezinspeeld
op bij Uw College door mij aanhangig gemaakte voorstel
len, welke ook voor den archiefdienst beteekenis hadden,
daar zij de zoozeer noodzakelijke uitbreiding van het per
soneel met een wetenschappelijk geschoolde kracht zouden
medebrengen. Ten zeerste ben ik verheugd met de ge
neigdheid van Uw College om aan dit onderdeel mijner
voorstellen uitvoering te willen geven in het jaar 1916. Nu
bij het vaststellen van dit verslag de oproeping van sollici
tanten bereids is gedaan, kan ik volstaan met de hoop uit
te spreken, dat de ambtenaar, die zal worden benoemd, mij
zoo krachtige steun bij de inventarisatie van het archief
verleenen zal, dat daaraan met meer regelmaat en sneller
vordering kan worden gearbeid.
b. Bibliotheek.
Van de aanwinsten der Bibliotheek vermeld ik slechts
een bundel stukken, betrekking hebbende op de Haagsche
poreeleinfabriek van A. en J. F. Lyncker, afkomstig van
de nakomelingen van een raadsman en geldschieter der
Lynckers; de stukken leveren verscheidene van elders on
bekende gegevens. In de tweede plaats verwierf de Biblio
theek in eigendom een groote verzameling meest kleine,
maar daardoor ook elders zelden bewaard gebleven, ge
schriften over Haagsche toestanden en geschiedenis, welke
voorheen als eigendom der Vereeniging „Die Haghe” in
bruikleen waren. Merkwaardig is daarbij het vooralsnog
eenig bekende exemplaar van het aan Johan de Witt op
gedragen kleine bundeltje Latijnsche verzen „Otia Hagana”
van Justus Turcq.
VERSLAG GEMEENTE-ARCHIEF EN BIBLIOTHEEK.