25 10 VERSLAG GEMEENTE-ARCHIEF EN BIBLIOTHEEK. De tijd der totstandkoming is niet bekendik stel hem in het einde der veertiende eeuw. belangwekkende aanvulling geeft aan de bronnen voor onze kennis van Den Haag in de middeneeuwen, welke wij overigens grootendeels in de grafelijkheidsregisters vinden. Wij naderen niet deze rekeningen uit het midden der 15de eeuw immers het dagelijksch leven en bedrijf van de bur- gerij-zelve. Bij het opstellen van den inventaris was het onmogelijk uittegaan van eene oude ordening, daar zoo eene, zoo zij al bestaan heeft, niet meer was terug te vinden. Ook bleek niet welke scheiding er was tusschen de werkkring van den secretaris en die van den tresorier. Slechts dit was duidelijk dat men ten opzichte van enkele zaken (dood schulden, maaltijden, onderhoud van den Doelen) de be treffende losse stukken in dossiers voegde. Het leek mij daarom het beste dit stelsel, dat voor de overzichtelijkheid van dit kleine archief groot voordeel biedt, door te voeren voor die losse stukken, welke niet als bijlagen bij de drie groote series, de ledenlijsten, notulen en rekeningen waren te herkennen. Het archief moest voor de beschrijving worden ge splitst in twee afdeelingen. De eerste omvat hetgeen er is overgebleven van de administratie van de middeneeuwsehe broederschap in haar oorspronkelijken opzet, die natuurlijk een kerkelijk karakter droeg. Naast de betrekkelijk weinige charters en enkele ordonnanties voor het vereenigingsleven of bepaalde fees telijkheden als het papegaai schieten, vormen de rekenin gen hiervan het hoofdbestanddeel. Het zijn algemeene rekeningen van de hoofdliedeu, waarnaast eene serie loopt van rekeningen van meer bijzonderen aard. Dit zijn vooral rekeningen van den sehuttap, dat is de heffing gedurende driemaal 8 dagen in het jaar van een stuiver van eiken dan getapten kan wijn, waartoe de broederschap in 1405 '1 dus kort na haar totstandkoming, van hertog Willem VI het recht verkregen had. De overige stukken der eerste af- deeling groepeeren zich vanzelf om deze heen. Wij leeren uit hen het bedrijf der broederschap gedurende de middel eeuwen vrij goed kennen. De „troubelen” der zestiende eeuw brachten de schutters- broedersehap in ernstig gevaar. De baud, die door het gezamenlijk schieten en maaltijden-houden gevormd werd, verzwakte natuurlijk zeer in een tijd, die voor min of meer feestelijke tezaraenkomsten weinig gelegen-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1915 | | pagina 938