h /I H M in Ui i31 27 - i o 5 Is IgTB i sW f VERSLAG GEMEENTELIJK WERKLOOZENFONDS. N AAM VAK B O N D. f 5.437,185 485.7 400.0 7064 27.3 20.5 54 28,— 26 129 w 924.065 f 6.389,25 94.0 514.5 1245 8363 109.3 622.3 Meubelmakers, Behangers e.a.v., Alg. Ned. Bond van Meubelmakers, Behangers en Stoffeerders, Christ. Bond van Meubelmakers, Behangers en Stoffeerders- bond, Ned. R.K feu. Gedurende de eerste 9 maanden van 1915, bleef de werkloosheid in het meubelmakers- en stoffeerdersbedrijf vrijwel gelijk, daarna is, hoewel uiterst langzaam, eenige verbetering merkbaar. De volgende cijfers geven een beeld van de werkloosheid in de verschillende kassen: In tegenstelling met de reeds genoemde bedrijven, ver keerde de tabak- en sigarenindustrie hier ter stede in gunstige omstandigheden. Voorzoover bekend hadden de sigarenmakers en tabakbewerkers, die vooral in het begin der crisis veel niet gedeeltelijke werkloosheid te kampen hebben gehad, geregeld werk. Onder de leden van de bij het Gemeentelijk Werkloozen- fonds aangesloten bonden van sigaren- en tabakbewerkers kwam in het afgeloopen jaar zoo goed als geen werkloos heid voor of was zij van zóó korten duur (bijv, in de siga- retten-fabricage) dat geen aanspraak op uitkeering ge maakt kon worden. De overweging, dat de haringvisscherij omstreeks Juni algemeen begonnen is, zoodat er nadien van oorlogswerk- loosbeid voor dit bedrijf niet meer kan worden gesproken, deed het Gemeentelijk Werkloozenfonds besluiten, zijn uit- keeringen aan de werklooze leden van de Scheveningsche afdeeling van de Nederlandsche Zeemansvereeniging „Volharding” na Mei 1915 te eindigen. Op grond van de gunstige resultaten der haringvisscherij in het seizoen 1915 werd door den Minister van Financiën tot wiens bemoeiingen de Werklooshedsverzekering ge durende 1915 behoorde bepaald, dat de Noodregeling voorloopig niet meer zal gelden voor dezen groep van arbeiders. Voor het seizoen 1915 zijn er geen termen om af 99 j 4

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1915 | | pagina 998