27
58
VERSLAG GEMEENTELIJK WERKLOOZENFOXD8.
sprake meer zijn, indien besloten mocht worden tot aan
sluiting bij den Algemeenen Maatregel van Bestuur van
2 December 1916 (Staatsblad 522), waarin de werkzaam
heden, die de Gemeente te dier zake heeft te verrichten,
opgedragen worden aan het Gemeentebestuur, waarmede
krachtens artikel 126 der Gemeentewet bedoeld zal zijn het
college van Burgemeester en Wethouders. Het Fonds, dat
trouwens onder de nieuwe regeling niet meer zou kunnen
uitbetalen, zal dus moeten worden opgeheveu, terwijl alsdan
ook de verordening 1908 no. 10 komt te vervallen.
Intusschen zijn wij van oordeel, dat in de plaats van ons
Gemeentelijk Werkloozeufonds een commissie, natuurlijk
met andere bevoegdheden en met een andere samenstelling
dan het Fonds, behoort te worden ingesteld, ten einde de
uitvoering van de hier bedoelde taak, die voor het Ge
meentebestuur in een groote stad als ’s-Gravenhage te
ingewikkeld is om zonder voorlichting van daartoe aange
wezen deskundigen naar behooren te verrichten, voor het
college van Burgemeester en Wethouders voor te bereiden.
Het verdient, naar het ons wil voorkomen, overweging dat
hierbij tot voorbeeld wordt genomen het Bestuur van de
Arbeidsbeurs, dat, hoewel werkzaam onder Uw College,
toch een zekere zelfstandigheid heeft en bovendien door
zijn samenstelling waarborg biedt, dat het in voldoende
mate beschikt over deskundigheid en tegelijk vertrouwen
in de kringen waarvoor deze gemeentelijke instelling is
opgericht.
De commissie, die naar ons gevoelen door Uw college zal
moeten ingesteld worden, zou dan den uaam kunnen ver
krijgen van „Commissie voorde Werkloosheidsverzekering”
en als volgt kunnen samengesteld zijn: een voorzitter-Wet-
houder en 8 leden, waarvan 5 door Uw college te benoemen
uit aanbevelingen van belanghebbende kringen, op de wijze
ongeveer als geschiedt bij de aanwijzing van leden voor
het Bestuur Arbeidsbeurs, terwijl de 3 overige leden door
Uw college zouden kunnen worden aangewezen uit per
sonen, die deskundig kunnen worden geacht op dit terrein.
Op grond van een en ander meende ons Bestuur de vrij
heid te mogen nemen een eoncept-verordening voor de uit
voering der nieuwe regeling ter overweging aan te bieden.
Dit concept sluit zich op de hoofdpunten aan bij een „Ont-
werp-verordening” ons door het Bestuur van de Vereeni-
ging van gemeentelijke werkloosheidsfondsen toegezonden.
