29 2 VERSLAG DER BRANDWEER. jaar een bedenkelijke hoogte; als hierbij nog gerekend wordt dat 406 maal door vernieling van het ruitje van den brandschel getracht is een alanneering te bewerkstelligen, komt men tot een totaal van geslaagde en niet geheel tot uitvoering gekomen baldadige alarmeeringen van 854, tegen in 1915 en 1914 respectievelijk 544 en 587. Bij de 321 branden is 66 maal gebruik gemaakt van buiten en binnenbrandkrauen en stralen van motor en stoom- brandspuiten, zoodat dus 791/» der branden gebluscht zijn met kleine hulpmiddelen. Uit Staat G. blijkt, dat 12 branden zijn ontstaan tenge volge van het gebruik van petroleum, d.i. de schoorsteen branden en buitengewone branden (straatbrauden enz.) niet medegerekend, ruim 6 van het geheele aantal branden. Telt men bij de berekening van dat percentage, behalve de schoorsteenbranden en buitengewone branden, evenmin de 19 branden mede, waarvan de oorzaak onbekend is gebleven en vermoedelijk ook meerdere aan het gebruik van petro leum zijn toe te schrijven, dan stijgt het tot ruim 6,8 Vier branden ontstonden door electriciteit, 18 branden door gas. Een zevental branden van meerdere beteekenis hadden dit jaar plaats, zooals blijkt uit de rubriek „Korte beschrij ving der voornaamste branden enz. u.l. Op den 25en Februari in de Amalia van Solmsstraat no. 72. waar behalve de schade aan het gebouw vele waarde volle papieren verloren gingen. Op den 14en April in het gebouwencomplex, staande aan den Wassenaarscheweg en behoorende aan de Mij. tot exploitatie van Sportterreinen, waarvan het ververschings- lokaal, in gebruik bij de H.V.V., tot den grond toe af brandde. Op den 27en Mei in een grooten loods, staande op het sportterrein „Houtrust”, welke grootendeels een prooi der vlammen werd. Op den 27en Augustus in perceel Drogersdijk 61. waar een bokkingrookerij met aangrenzende motbewaarplaats voor een groot gedeelte af brandde en bij welke gelegenheid een brandmeester een been brak. Op den 6en September in een parfumeriënzaak Hoog straat 25, waar groote schade werd geleden aan dure zeepen en reukwateren. Op den 31en October in een lompenpakhuis aan den N.W. Buitensingel, alwaar een woonhuis tot pakhuis ingericht, zonder eenige voorzieningen tegen brandgevaar, zoo goed als uitbrandde. Op den 16en December in bet Rijks-Telegraafkantoor,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1916 | | pagina 1081