53
12
1. Personeel.
Zoowel bij het openbaar als bij het bijzonder onderwijs
was op den len Januari 1917 geen enkele hoofden-vacature
meer onvervuld.
Met betrekking tot de verwisselingen van het overige
personeel, wordt verwezen naar de Algemeene Tabel
(Letter D).
Over het algemeen wordt over de wijze, waarop de leden
van het personeel hunne taak vervullen, door de hoofden
gunstig geoordeeld. Het antwoord op de desbetreffende
vraag in het verslag luidt meermalen: „loffelijk”, „groote
ijver” en „toewijding”.
Slechts enkele klachten worden geuit. Zoo schrijft een
der hoofden: „bij een enkele kon de toewijding grooter
zijn.” Het hoofd der openb. school aan de Hoefkade 99 merkt
op: „Gebrek aan inzicht bij sommigen, onmacht om de
klasse met vaste hand te leiden bij anderen, zijn oorzaken,
dat de resultaten van hun arbeid niet zoo zijn als men
billijkerwijze verwachten mocht; slechts over zeer enkelen
kon ik in dit opzicht tevreden zijn.”
Door een derde, het hoofd der openb. school aan de Ach-
terraamstraat 10, wordt nog het volgende medegedeeld:
„Niet alle leden van het personeel vatten hun taak even
serieus op. Naast eenige uitstekende leerkrachten zijn er
andere, die heel wat minder presteeren. Het is te betreuren,
dat alle onderwijzers automatisch tot hetzelfde salaris
maximum komen, zonder dat hun dienstprestatie daarop
eenigen invloed heeft.”
Over bet algemeen oordeelen de sub-commissies omtrent
ijver, plichtsbetrachting en geschiktheid der hoofden van
scholen gunstig, vaak zeer gunstig. Een paar malen achtte
jnen den diensttijd van een hoofd nog te kort, om een be
sliste uitspraak te doen. Van een hoofd wordt gezegd:
„geeft zelf dikwijls les”, terwijl dezelfde sub-commissie van
een ander hoofd meldt: Gedurende de 8 jaren, die wij deze
school bezochten, troffen wij het hoofd nooit lesgevende
aan, wat te meer de aandacht trekt, daar veel tijdelijke
leerkrachten werden aangesteld.
VERSLAG LAGER ONDERWIJS.