53 26 VERSLAG LAGER ONDERWIJS. Messstraat 3. Geen. Schoolvoeding en schoolkleeding. Zomervoeding werd dit jaar verstrekt aan 1130 leerlingen Zie ook pag. 120: „zeejongens”. Het geheele onwettige verzuim op de Scheveningsche scholen bepaalde zich in het afgeloopen jaar tot 27 leer lingen. In 1914 beliep dit getal 101, in 1915: 61. Er is dus weder aanzienlijke vooruitgang vast te stellen. Vermoedelijk draagt de Europeescbe oorlog, die het haringvisschen in hooge mate bemoeilijkt, ja levensge vaarlijk maakt, tot afneming van het getal verzuimende „zeejongens” veel bij. Reeds in het vorig Jaarverslag vermeldden wij de maat regelen (nieuwe Verordening), die door B. en W. zijn ge nomen, om het verzuim der „zeejongens” tegen te gaan. De Commissie meent te moeten opmerken, dat de gunstige toestand ten opzichte van het verzuimen der „Zeejongens” een gevolg is van de verplichte plaatsing op de monsterrol. Duinstraat (Zuidzijde) 10. Drie; 1 van 3 April tot 1 De cember; 1 van 14 Juni1 Dec.; 1 van 22 Juli1 December. Het verzuim van Botterdamsche straat 66. Het verzuim van twee zee jongens gedurende den termijn van begin Juli tot begin December valt te vermelden. Eén verzuimde met bijzonder verlof van den arrondissementsschoolopziener. Duinstraat (Noordzijde) 55. Vier; 1 gedurende 5*/2 maand; 1 gedurende één maand; 1 ged. mnd.; 1 ged. 4 maanden. Dit getal, schrijft het hoofd, was dit jaar ongekend klein: 4, tegen 17 in het vorige jaar. De oorzaak hiervan is, dat de luitenant, die toezicht houdt op het uitvaren der schepen, geen jongen ongemon sterd laat weggaan en de waterschout de leerplichtige jongens niet wil aanmonsteren. Zoodra de mobilisatie uit is, staat het echter te vreezen, dat ze weer ongemonsterd mee naar zee gaan.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1916 | | pagina 1558