53
154
der hoofden voor vacaturen in overeenstemming is met
hetgeen werkelijk op zeer vele scholen gebeurt, of, beter ge
zegd, wordt nagelaten.
Overigens willen wij daarentegen nog aanstippen, dat ten
eenenmale de preventieve werking van een schoolhoofd
geïgnoreerd wordt, die immers alleen reeds uithoofde zijner
dagelijksche aanwezigheid bijdraagt tot de handhaving van
orde en regelmaat in den dagelijksehen dienst in het ge
bouw. En meer nog mag daarbij als een rechtstreeksch be
lang voor het eigenlijk onderwijs genoemd worden de
preventieve waarde van het recht, dat het schoolhoofd
heeft, om zelf zijn tijd te verdeden, zooals aan te duiden
met deze voorbeelden, aangebaald uit een der antwoorden:
„De onderwijzer, die voor rekenen gaarne cijferen zou
„willen nemen, omdat dit de correctie vergemakkelijkt;
„de onderwijzer, die gaarne een lievelingsvak doet uit
buren over de grens van het lesuur;
„de onderwijzer, die met het begin wel eens treuzelen, met
„het eindigen wel eens haasten wil;
„de onderwijzer, wiens leestoon soms dreigt ruw of onaan
genaam te worden;
„(zulke gevallen komen voor, en nog wel andere),
„al zijn zij niet „bang” voor hun hoofd, ze zullen laten
„wij zeggen uit eerzucht (eergevoel) er toch voor zorgen,
„dat hun fouten niet opgemerkt worden door hun chef; ze
„zouden er eerder aan toegeven, als de patroon opgeborgen
„was”.
Dat er meer klemmende argumenten tegen het ambulan-
tisme zijn aan te voeren dau die van een plaatsvervangend
hoofd, opgesomd in onze vóórlaatste aanhaling, werd reeds
hiervoren aangeduid, o.a. waar wij wezen op de gevaren
voor autocratie en achteruitgang in practische bekwaam
heid der hoofden en blijke nog uit hetgeen hierna in het
rapport vermeld wordt als een bureaucratisch gevaar
voor hen.
Dan nog moet ons deze opmerking uit de pen, dat ver
scheidene klasse-onderwijzers opgeven, de door hen aan het
ambulantisme toegeschreven nadeelen niet zelven aan
schouwd te hebben, maar dat zij van volkomen vertrouw-
VERSLAG LAGER ONDERWIJS.