li 204 III. Heg raafplaatsen. IV. Het verloop van sommige ziekten naar de verschil lende straten is vermeld in de tabel, opgenomen als bijlage 23. 0 I Gast-, Ziekenhuizen, enz. en Krankzinnigengestichten. Wat het gemeenteziekenhuis betreft, verwijzen wij naar het verslag van de Commissie van bijstand in het beheer van de zaken betreffende de openbare gezond heid en het gemeenteziekenhuis, waarbij een uitvoerig 1°. Eenige bijzonderheden, betreffende de Algemeene Begraafplaats, treft men aan onder Hoofdstuk V. B. e, alwaar tevens wordt aangetroffen eene opgave van het aantal grafkelders en graven, welke in gebruik zijn afgestaan, zoomede de opbrengst van de Begrafenis rechten. 2°. In het afgeloopen jaar werden begraven op de algemeene burgerlijke begraafplaats 1429 lijken op de bijzondere begraafplaats der Roomsch-Katho- lieke gemeente 1191 overledenen, waaronder 24 Belgische vluchtelingen; op die der Nederlandsch-Israëlietische gemeente aan den Scheveningscheweg de lijken van 14 mannen, 7 vrouwen, 11 kinderen en 11 levenloos geborenen en op de begraafplaats aan den Leidschen straatweg de lijken van 34 mannen en 34 vrouwen op die der Nederlandsch Portugeesch-Israölietische gemeente 7 lijken; op de begraafplaats „Ter Navolging” te Scheveningen heeft in 1916 geen teraardebestelling plaats gehad. op de begraafplaats „Eik en Duinen” (oud) de lijken van 439 personen, waarvan 384 uit ’s-Gravenhage op de begraafplaats „Nieuw-Eykenduynen” 770 lijken. De controleerend geneeskundigen bij den Gemeente lijken geneeskundigen dienst D. F. van Duijl, T. van den Hoorn en Jhr. F. A. van Suchtelen werden ook voor het jaar 1917 belast met het verrichten van de officieele doodschouw, in de gevallen van overlijden, waarin geene schriftelijke verklaring van een geneesheer kan worden overgelegd. enz. en

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1916 | | pagina 196