243 8 2805 4 4 Ingeschreven Afgevoerd werden: wegens overlijden woonplaats in N. O.-Indië waarvan voor rolledige oefening 1174 man en voor korte oefening 4 man. In 1916 werden in de registers ingeschreven: 16 verlofgangers der lichting 1914, 3 der lichting 1915 en geene der lichting 1916, die na het volbrengen van de eerste oefening in het genot van onbepaald verlof werden gesteld en 24 verlofgangers komende uit andere gemeenten. Voor vertrek naar elders werden afgeschreven 17 verlofgangers. Herhalingsoefeningen voor de militie werden, in ver band met het buitengewoon verblijf onder de wapenen der dienstplichtigen, niet gehouden. In 1916 werden roor den duur ran één jaar van den dienst bij de militie door Gedeputeerde Staten vrijgesteld van de -ingeschrevenen voor de lichting 1917: 38 wegens het bekleeden van een godsdienstig-mensch- lievend ambt, enz.; 139 wegens kostwinnerschap; en bij Kon. Besluit: van de ter inlijving bestemde- en van de ingelijfde dienst plichtigen, behoorende tot de lichting 1917 en vorige lichtingen 119 wegens toekomstige woonplaats of wegens woon plaats in de Koloniën; 7 wegens het bekleeden van een godsdienstig-mensch- lievend ambt, enz. 42 wegens kostwinnerschap. Om verschillende redenen werden roor goed vrij gesteld 26 dienstplichtigen, behoorende tot de lichting 1917 en vorige lichtingen. Behandeld werden 270 verzoeken om vrijstelling als kostwinner van den militiedienst Ontslag wegens volbrachten militiediensttijd had, in verband met de buitengewone omstandigheden, ook in 1916 niet plaats. Voor de lichting 1917 werden L Jongelingen. I

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1916 | | pagina 235