15 VERSLAG VAN HET OPENBAAR SLACHTHUIS. afgestorven toestand. De vindplaats van de levende para sieten was de uitwendige kauwspier, in beide gevallen slechts één enkel exemplaar. In het eene geval werd het rund drie weken in het koel huis bewaard, na welken tijd de parasieten afgestorven zijn; in het andere geval werd het rund gesteriliseerd, om dat het koelhuis wegens schoonmaak niet gebruikt kon worden. De afgestorven exemplaren werden steeds in de uitwen dige kauwspier aangetroffen. Bij graskalveren kwam de parasiet niet voor. Echinococcose (het voorkomen van een blaasworm, waarvan de lintworm bij hond en mensch voorkomt) werd gevonden bij 193 runderen, 30 paarden, 29 varkens en 17 schapen. Actinomycose (straalschimmelziekte) kwam voor bij 30 runderen en 1 graskalf. Als voor den mensch niet schadelijke parasitaire ziekten werden aangetroffen: Distomatose (leverbotziekte) bij 279 runderen, 3247 scha pen, 8 geiten en 30 graskalveren. Strongylose (longwormziekte) werd geconstateerd bij 65 varkens, 26 schapen en 19 graskalveren. Cysticercus tenuïcollis' (een blaasworm, welke niet in de spieren, doch aan de ingewanden der dieren voorkomt, echter niet gevaarlijk voor den mensch) kwam voor bij 83 varkens en 72 schapen. Van de in de Wet genoemde besmettelijke veeziekten, welke voor een deel ook voor den mensch gevaarlijk zijn, kwamen voor: Vlekziekte bij 25 varkens. Hesmettelijke borstziekte bij 96 varkens (terwijl de resi duen van genezen gevallen in groote getale voorkwamen). Van besmettelijke veeziekten, niet in de wet vermeld, werden aangetroffen: Varkenspest bij 298 varkens en Urticaria (netelroos door vlekziektebae-illen veroorzaakt) bij 25 varkens. Bovendien 61 gevallen van varkenspest bij speenvarkens. Miltvuur kwam bij 1 varken voor (z.g. locaal miltvuur). Houtvuur werd bij 1 rund geconstateerd in den vorm eener septicaemie. Ten behoeve van de vleeschkeuring werden in het labo ratorium ongeveer 320 onderzoekingen uitgevoerd, waar van 195 bacteriologische onderzoekingen van vleesch en vleesehwaren. Van de laatste onderzoekingen hadden 49 een positief resultaat en 146 een negatief.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1916 | | pagina 580