16 ^V- 5 VERSLAG DER VISSCHERSHAVEN. 5» 5» maakten gezamenlijk 2752 reizen op de n Seheveningen. Urk. Maassluis. Texel. Peru is. den Briel. den Helder. Katwijk. IJmuiden. Goeree. Wieringen. Rotterdam. Volendam. Stellendam. Deze vaartuigen haven, terwijl 16 vletten en garnalenbooten gedurende het voorjaar en voor zoover de weersgesteldheid het toeliet, dagelijks ter versehvangst gingen. Het grootste aantal schokkers, dat op één etmaal binnen kwam, bedroeg 53 en wel op den lOden Augustus. De reden waarom de kustvisschers van andere plaatsen de haven zooveel minder aandeden dan andere jaren, is in hoofdzaak hieraan toe te schrijven, dat nu de vischprijzen voor alle soorten van visch overal hoog zijn, zij op die haven verkeeren, die het gemakkelijkst is aan te doen, en waar zij een rustiger ligplaats vinden bij ruw weer. In den loop van het jaar werden voor Scheveningsche reederijen drie kleine en een groote stoomtrawler aange- 21 schokkers van 61 11 1 3 1 8 1 1 6 1 1 1 4 jaarverslagen daarover zoo breedvoerig is uitgewijd, daar vermeen ik te kunnen volstaan met de vermelding, dat de diepte vóór en in de buitenhaven voor het vissehersbedrijf niet de gewenschte is. Van de laatste haringreis kwamen hier binnen 111 loggers en 3 bommen, waarvan 42 loggers naar andere havens werden gesleept om te overwinteren. Van deze schepen vonden er vele een ligplaats in de Laak haven, waarom de reederijen genoodzaakt waren deze vaar tuigen eerst over zee naar den Hoek van Holland en van daar via den Waterweg en Delft naar bun ligplaats te doen sleepen. De kustvisscherij werd uitgeoefend door de Schevening- sehe vloot, vermeerderd met kustvaartuigen van andere plaatsen. Deze gecombineerde vloot die kleiner was dan andere jaren, was als volgt samengesteld:

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1916 | | pagina 620