18
1
19
VERSLAG GEMEENTEZIEKENHUIS.
Mededeel! n gen.
Gezien:
De Genees heer-Directeur,
Dr. Roessingh.
Voor afschrift:
De Secretaris der Commissie voor de Openbare
Gezondheid en het Gemeenteziekenhuis,
I. M. J. van Kossem.
De Administrateur-Boekhouder van het
Gemeenteziekenhuis,
J. P. Bregman.
Evenals in 1913 werd ook in het afgeloopen jaar bijna het
geheele beschikbare bedrag uitgegeven. Wel een bewijs, dat
er in het Ziekenhuis vaak gelegenheid is om het rente-
legaat aan zijn nuttig doel te doen beantwoorden.
Het legaat heeft geldelijken steun mogen verstrekken aan
18 patiënten, die bij de betaling hunner verpleegkosten niet
of niet langer bij machte waren zich zelf finantiëel te hel
pen. Een ziekbed duurt vaak zoo bedroevend lang.
Eigenaardig, dat de hulp van het rentelegaat zoo veel
vaker ingeroepen werd door 3e, dan door 4e klas patiënten.
Eigenaardig, ofschoon wel eenigermate te verklaren: een
4e klas patiënt n.l., wien de betaling op den langen duur te
moeielijk begint te vallen, heeft ten slotte altijd nog het
Burg. Armbestuur achter de hand, waar hij om hulp kan
aankloppen, een 3e klas patiënt mist die toevlucht.
Het gemiddelde bedrag, dat per patiënt werd uitgegeven
(n.l. f 52,50 ongeveer) was wederom hooger dan in vorige
jaren gewoonlijk het geval was. In 1915 bedroeg het ook
reeds f 57,— gemiddeld per patiënt.
Finantiëel gesteund werden 4 patiënten 4e klas met een
gezamenlijk bedrag van f63,375, tegen 14 patiënten 3e klas
met f884,12’. Uit de tamelijk hooge bedragen van ieders
ondersteuning blijkt, dat ook dit jaar wederom in hoofdzaak
patiënten werden geholpen, die langdurig verpleegd wer
den. Opmerkelijk is nog, dat van de 18 patiënten aan wie
een „half-vrjj” bed werd gegeven niet minder dan 14 vrou
wen waren, slechts 4 mannen.
Met dankbaarheid zullen ze ongetwijfeld dit rentelegaat
voor „half-vrije” bedden door wijlen Baronesse Sirtema
van Grovesting herdenken!