24 zoowel het werk van Rozenburg, als Colenbrander’s kunst dus op treffende wijze vertegenwoordigd. Bru ikleen. Voor de verzameling 18de eeuwsch porcelein werden in bruikleen ontvangen van Jhr. C. H. C. A. van Sypesteyn eene welvoorziene verzameling Oud-Loosdrechtseh porcelein en enkele stukken uit de Weesperfabriek; enkele stukken Duitsch porcelein, waaronder een Für- s t e n b u r g serviesje, versierd met Haagsche stadsge zichten. Is deze aanwinst reeds op zich zelf van belang, zy is dit ook als middel tot vergelijkende studie met de ver zameling Haagsch porcelein. Hier voren is reeds vermeld de opstelling van gebrand schilderd glas, daaronder zijn ook nieuw verworven stukken, die Heeren Kerkvoogden afstonden, in ruil voor reeds vroeger aan het Museum afgestane stukken van het raam van Karel V en van het raam der Kanunniken. werd uitgebreid met De verzameling schilderijen 6 stukken. Geschenken. De vereeniging voor Moderne kunst schonk 2 schilderijen van C. H. Breitner, wiens werk in het Museum nog niet was vertegenwoordigd, n.l. Een gezicht op het Rokin te Amsterdam en een Zelfportret. Eenige belangstellenden in het Museum schonken eene schilderij. Het dal van de Ruppel in Algiers, door Hart Nibbrig. In bruikleen werden afgestaan door Dr. D. F. Scheurleer, Lid onzer Commissie, 3 belangwekkende 16 eeuwsche por tretten, wellicht werk van een Haagschen meester, voor stellende: Vincent Cornelisz van Mierop, thesaurier- generaal van Karel V. Marie Ruysch, echtgenoote van V. C.zn. v. Mierop. Elisabeth van Mierop, dochter van de beide genoemdenals echtgenoote van Augustijn Stalpert van der Wiele, werd zy stammoeder van het aanzienlijke Haagsche geslacht van dien naam. Voor de pren-verzameling werd eene tamelijk groote verzameling teekeningen van J. G. Vogel in bruikleen ontvangen van den Hoofddirecteur van ’s Ryks Museum te Amsterdam. Ten geschenke werd ontvangen van den bouwmeester der Kerk van de Nederlandsch Hervormde gemeente aan den 6 VERSLAG GEMEENTEMUSEUM.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1916 | | pagina 914