29 25 VERSLAG DER BRANDWEER. had geen anderen toegang dan door een dakluik, dat echter gesloten was. Hieraan is het waarschijnlijk te danken, dat het brandende zaagsel door eigen rookontwikkeling ge smoord werd en slechts aan den rand van het luchtrooster, waar lucht! oetreding plaats vond, bleef gloeien. Vreezende voor een ernstige uitbreiding werd tegelijkertijd de blus- sching aangevangen met een kamerslangetje op de huis- •leiding en tevens twee stralen van de motorspuit over de daken naar het bovengenoemde dakluik aangevoerd. Ten gevolge van de vorst was de waterleidingsbuis defect zoo- dat dit district gedeeltelijk was afgesloten. De motorspuit werd dan ook onmiddelliik aan de gracht gezet bij een daar aanwezige bijt (op afstanden van 50 M. worden bij sterke ijsvorming in de grachten bijten gehakt). Het bleek geluk kig niet noodig te zijn met één dezer stralen water te geven aangezien de blussching met de kamerslang reeds zoo ver gevorderd was, dat voor uitbreiding geen vrees meer be hoefde te bestaan. Het inmiddels aangerukte groot mate rieel kon dan ook weer inrukken. Na verwijdering van het houtwerk en zaagsel, dat door het vuur aangetast was. bleek de aangerichte schade gering te zijn. 'Tot geruststel ling van de Directie werd des avonds nog een ronde gedaan. 10 Februari. Kleine binnenbrand in een bewaarschool aan de Nieuwe Schoolstraat 20. Ten gevolge van de hitte van de door het rooster uit een kachel gevallen asch ge raakten de onder deze kachel gelegen vloer en de daar onder gelegen binten in brand niettegenstaande de kachel door een ijzeren plaat, waaronder weder een eternict plaat van 4 m.M. dikte was aangebracht, van den vloer geïso leerd was. Opmerkelijk was dat de kachel reeds sedert een zestal uren niet meer gebrand had en de ijzeren noch de eterniet plaat beschadigd waren. Het brandje zelf was van weinig beteekenis en dan ook spoedig gebluscht. 13 Februari. Uitslaande brand in perceel Prinsegracht 170. In een aldaar gevestigd modemagazijn was door onbe kende oorzaak brand ontstaan op de eerste verdieping in een grooten voorraad modeartikelen, pakkisten, stroo enz. Bij aankomst der Brandweer sloegen de vlammen aan den achterkant fel uit terwijl een lichtlantaarn, welke door de bovenverdiepingen heen opgetrokken was, de naast lig gende daken zoodanig verlichtte, dat het scheen alsof de vlammen ook reeds door het dak uitsloegen. Een onmiddel lijk uitgeloopen straal werd door een gebroken spiegelruit aan den voorkant in het magazijn gebracht en een tweede straal over heiningen en schuttingen aan de achterzijde van het gebouw in werking gesteld, terwijl nog een straal

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1917 | | pagina 1090