29 37 VERSLAG DER BRANDWEER. sommige plaatsen eenige centimeters ingebrand waren. Verder leed de kerk waterschade aan den inventaris als kussens enz.; het orgel bleek den volgenden morgen echter bij bespeling geheel ongedeerd te zijn gebleven. Dank zij de onmiddellijke nabijheid van brandputten en de krach tige werking van de motor- en stoombrandspuiten werd een bouwwerk van hooge architectonische waarde tegen vernietiging gevrijwaard. 12 October. Kleine binnenbrand in perceel van Slinge- landstraat 39. Door het niet afsluiten van den stroom van een electrische pan was brand ontstaan, in een kamer op de eerste verdieping. De pan, die op den vloer stond, had het onderliggende vloerzeil en kleed en een daar boven staand tafeltje in brand gestoken. Daar de kamer gesloten was, moest de Brandweer bij aankomst wegens den ver- stikkenden rook met behulp van een rookmasker den brand haard verkennen. Deze was spoedig ontdekt en met behulp van een kamerslang op de huisleiding gebluscht. Aange zien de vloer ter plaatse reeds doorgebrand was werd nog een klein gedeelte uitgezaagd. 22 October. Kleine binnenbrand in perceel Tournooi- veld 5. Hotel de Oude Doelen. Door de onvoldoend brand vrije afscheiding tusschen een kachelpijp en behang ge raakte dit laatste door fel stoken van de kachel in brand en werd het omringende houtwerk sterk geblakerd. Met eenige emmers water was het brandje tijdig gebluscht, terwijl met de ramoneur de door het felle stoken ontstane schoorsteenbrand in zijn voortgang gestuit werd. Aange zien het hier een brandmelding uit een hotel betrof werd met groot materieel uitgerukt. 16 November. Kleine binnenbrand in perceel Kazerne straat 3. Magazijn en werkplaats van de Rijksfelegrafie. Vermoedelijk door zelfontbranding van zwartsel was Brand ontstaan in een bergplaats van verfwaren en schil- dersbenoodigdhcden. De brand, die reeds eenige afmeting had aangenomen, werd ontdekt door den concierge, die onmiddellijk de in het gebouw aanwezige brandschel aftrok en met de binnenbrandkraan, welke ter hoogte van het bergplaatsje geplaatst was, een aanvang met de blussching maakte. De- inmiddels met groot materieel aangerukte Brandweer nam de blussching over en kon deze met gebruikmaking van de binnenbrandkraan ten einde bren gen, zoodat de reeds gereed gelegde straal van de water leiding niet gebruikt behoefde te worden. Ofschoon de brand beperkt werd tot het verbranden van een gedeelte schotwcrk en blakering van een zoldering, is het aan toe vallige omstandigheden te danken, dat hier geen zeer ernstige brand is uitgebroken. Gezien het aantal met

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1917 | | pagina 1102