I 29 44 VERSLAG DER BRANDWEER. VII. Gebouwen. Op 31 December waren op het magazijn aan kleeding en uitrusting aanwezig. 216 werkkielen. 243 werkbroeken. 7 werkjassen. 79 halsdassen. 24 paar wollen handschoenen. 211 beddezakken. 237 overtrekken voor hoofdkussens. 59 wollen dekens. 7 molton dekens. 51 beddelakens. 5 gordels. 12 bijlen. 3 bijltasschen. 29 reddingslijnen. 18 gordelhaken. 21 musquetonhaken. motor- en stoombrandspuiten uitgevoerd, terwijl buiten dien o.a. werden gerepareerd en geheel nieuw aangemaakt: de voor de uitbreiding van het personeel benoodigde ijzeren kribben. 18 rijwielen (gerepareerd). 2 Multiplex koperen straalpijpen (geheel nieuw’). 1 drijfstang van de antomobielstoomspuit (geheel nieuw’) enz. De gebouw’en zijn in goeden staat. Door de uitbreiding van het personeel in het Centraal-station deed het nijpend gebrek aan slaapplaatsen zich in hoogere mate gevoelen dan het vorige verslagjaar reeds het geval was. Door in hering van perceel Prinsestraat 39/41, waarvoor bij besluit van den Gemeenteraad d.d. 26 Maart 1917 toestemming werd verleend, konden aldaar gevestigd worden het bureau van den Commandant, van een schrijver, edn le Brandmeester den Brandmeester-telegrafist en een klerk, terw’ijl een zolderkamertje benut werd tot slaapplaats voor een le Brandmeester. Het voormalige bureau van den Commandant werd in gebruik genomen als bureau en teekenlokaal voor twee brandmeesters, terwijl in de kamer welke vroeger diende tot bureau van de brandmeesters ondergebracht werden de kleermakerij, boekbinderij, zadel makerij en schoenmakerij. De aldus vrijgekomen ruimten werden nu gebruikt om het gebrek aan slaapplaatsen zoo goed mogelijk te ondervangen. Een bergplaats op den zol-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1917 | | pagina 1109