34 12 VERSLAG DER KAMER V. KOOPHANDEL EN FABRIEKEN. langen in den Glashandel in Nederland in zake een dooi de spoorweg- en de stoombootmaatschappijen vereischte verklaring betreffende onvoldoende verpakking van ten vervoer aangeboden goederen, gaf de Kamer geen aan leiding tot het doen van stappen op grond van de over weging, dat de vervoermaatschappijen aansprakelijk blij ven voor schade door eigen schuld aan het goed toege bracht, doch zij sluiten slechts de aansprakelijkheid uit voor schade, welke een gevolg is van onvoldoende ver pakking of gesteldheid van het goed zelve. Adhaesie werd betuigd aan een schrijven van de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Eindhoven, betreffende het scheppen der mogelijkheid om bij de invoering van den post-, clièque- en girodienst, belanghebbenden in staat te stellen elders dan op de plaats hunner inwoning gelden op hunne rekening te kunnen opnemen, m. a. w. het instellen van z.g.n. postcredietbrieven, wijl hierdoor contante be taling bevorderd zou kunnen worden. Een schrijven van den Directeur-Generaal der Posterijen in zake de wederinvoering van buiten gebruik gestelde postzegels van 22'/s en 17*/s cent, dat werd beantwoord met de mededeeling, dat de Kamer wederinvoering der zegels niet noodzakelijk achtte. Een klacht van een Zwitsersch uurwerkfabrikant in zake z.g. sneeuwbal-reclame (verkoop van telkens 3 horloges door tusschenkomst van particulieren) werd in handen gesteld van den Nederlandschen Bond van Horlogemakers, daar de Kamer over geen middelen beschikte om tegen het door den fabrikant geschetste euvel op te treden. Een adres van de Kamer van Koophandel en Fabrieken te ’s-Hertogenboseh in zake inning van buitenlandsche vrachten door de Nederlandsche Spoorwegmaatschappijen, gaf evenmin aanleiding tot het doen van stappen, aange zien over de berekening van den markenkoers door de Spoorwegmaatschappijen door de Kamer reeds eerder de aandacht van den Minister van Waterstaat was gevestigd en het toen niet mogelijk gebleken was aan de door de Kamer dienaangaande kenbaar gemaakte wenschen te voldoen. De Commissie voor het verkeer voerde enkele bespre kingen met den Chef van het Staatsspoorstation hier ter stede naar aanleiding van bij de Kamer mondeling inge komen klachten betreffende het gering aantal loketten voor de bediening van reizigers (niet militairen) en de toestand aan het vrachtgoederenbureau, waar slechts één bascule bediend door één ladingmeester aanwezig was, waardoor veel ongerief en tijdverlies ontstond voor hen

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1917 | | pagina 1249