51
2
VERSLAG CONSERVATORIUM VOOR MUZIEK.
daardoor gebracht op f 2000.waartegenover de toelage
van f 500.kwam te vervallen.
De toelage van Mevrouw R. BeekSpier werd met f 200.
verhoogd voor twee wekelijksche lesuren meer.
Het salaris van den boutefeu werd gebracht van f 12.
op f 15.per week; dat van den orgeltrapper werd met
f 100.per jaar verhoogd.
Aan den leeraar W. Ch. N. Andriessen werd op zijn ver
zoek met ingang van 1 Januari 1918 eervol ontslag ver
leend, bij Uwer Excellentie besluit van 5 December 1917,
No. 2905 Afd. K.W.
De leerares Mejuffrouw T. Hoog werd met ingang van
1 October 1917 door de Commissie van Toezicht belast met
het toezicht op de hulppiano klasse, zulks op eene door Uwe
Excellentie goedgekeurde jaarwedde van f 500.
Van de aanwezigheid hier te lande van den vermaarden
pianist Frederic Lamond heeft de Commissie gemeend te
moeten gebruik maken om te trachten deze talentvolle
leerkracht aan het Conservatorium te verbinden. De in die
richting gevoerde onderhandelingen mochten tot het ge-
wenschte resultaat leiden; de heer Lamond verklaarde zich
in het eind van het afgeloopen jaar bereid om aan het
Conservatorium de leiding op zich te nemen van eene
klasse voor hooger klavieronderwijs en wel gedurende de
maanden Februari, Maart en April 1918 op eene door Uwe
Excellentie goedgekeurde bezoldiging van f 750.met eene
tegemoetkoming voor reis- en verblijfkosten, waarvoor hij
eenmaal per week gedurende vier uren aan een achttal
leerlingen zoude les geven.
Dat de Commissie met de keuze van den heer Lamond
als leider van eene klasse voor hooger klavierspel geluk
kig is geweest, bleek reeds dadelijk hieruit, dat spoedig na
het bekend worden der benoeming het aantal zich voor
zijne klasse aanmeldende leerlingen aanmerkelijk grooter
was, dan het aantal beschikbare plaatsen.
Bij de Commissie is in het afgeloopen jaar het plan ge
rijpt om een proef te nemen met de concerten, welke
artikel 33 van het Reglement op het oog heeft en wel voor
uitvoering van zoowel oude als moderne kamermuziek-
werken, in het bijzonder van die welke niet liggen in het
kader der regelmatig uitgevoerde trio’s, kwartetten, kwin
tetten e.d. en tengevolge daarvan, doch ten onrechte, min
der bekend zijn. Eene nadere bespreking van deze Conser-
vatorium-Concerten, die in het begin van 1918 plaats had
den, zal in het over dat jaar uit te brengen verslag eene
plaats kunnen vinden. Reeds nu zij vermeld, dat de
Commissie algemeene instemming met het plan bij de