53 90 VERSLAG LAGER ONDERWIJS. Engelsche taal. Bij het mondeling examen bleek opnieuw, dat er nog altijd scholen zijn, waar de vreemde taal in het geheel niet gebruikt wordt, en ook werd nog door enkelen beweerd, dat zij geen enkel boek hadden gelezen in de vreemde taal, sommigen zelfs konden geen verhaaltje uit een leesboek vertellen, of gaven het gelezene weer in eenige van buiten geleerde zinnetjes. Ook de kennis van dagelijks voorkomende woorden liet te wenschen over. Rekenen. Schriftelgk examen. a. Vraagstukken. Opgemerkt wordt, dat vele candidate!! vreemde taal bleek nog wel eens, dat zonder veel meer, ’n uittreksel uit ’n gelezen boekje van buiten was geleerd. Dit nu is de bedoeling niet en de commissie laat zieh er niet door om den tuin leiden. Voor uitspraak moesten nog te veel onvoldoenden ge geven worden. Soms bleek, dat slordigheid van den can- didaat de oorzaak der fouten was. Nader onderzoek toonde aan, dat de candidaat het wel beter wist, maar ook kwam ’t meer dan eens voor, dat de candidaat ook dan ’t onder scheid tusschen Ach-laut, Ich-laut, Zisehlaut, tusschen lange en korte klinkers, stemhebbende en steinlooze totaal verwaarloosde. ’t Opzeggen van een gedicht was vaak ’n vluchtig en smakeloos afdraaien (’n heel enkele maal bij meisjes trof ons ’t tegendeel) en.... bij onderzoek bleek dan vaak, dat ’t gedicht in ’t geheel niet begrepen was, dat ’t een voudig klakkeloos was van buiten geleerd. Hiertegen moet ernstig worden gewaarschuwd. Laat men toch een voudige gedichten kiezen en ze pas van buiten leeren, nadat alle woorden en uitdrukkingen begrepen zijn, zoodat het „navraag lijden” kan. 't Zelfde geldt van de beruchte woordreeksen en uitzonderingen. Met ongelooflijke radheid worden die soms opgezegd, maar daarbij blijft het dan: dat is vaak ’t eenige, wat de candidaat er mee kan doen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1917 | | pagina 1661