i 15 .4 de Wethouder J. W. Albarda de afdeeling Onderwijs. Op 1 Januari 1918 bestond het College van Burge meester en Wethouders uit de heeren: Het toezicht op de verschillende takken der gemeente- hnishouding werd verdeeld als volgt: de Burgemeester: de afdeelingen Algemeene Zaken en Militaire Zaken en de Brandweer. de Wethouder Mr. Dr. H. J. Romeijn de afdeeling Gemeentebedrijven (Lichtfabrieken, Duinwaterleiding, Telefoon en Openbaar Slachthuis), en de Visschersbaven en Havendienst. de Wethouder J. Jurriaan Kok de afdeelingen Plaat selijke Werken en Eigendommen I, II en III. van September als Raadslid moest aftreden, had den wensch te kennen gegeven om niet meer als Wethouder te worden herkozen. In zijn plaats werd benoemd de heer J. W. Albarda. De heer Mr. J. D. Verbroek zond den 19den September eene ontslagaanvrage als Wethouder bij den Raad in. Ter vervulling dier vacature werd in de Raadsverga dering van 1 October tot wethouder benoemd de heer Mr. Dr. H. J. Romeijn. de Wethouder A. C. A. van Vuüren: de afdeelingen Burgerlijke Stand, Bevolkingsregister, Arbeid en Arm wezen, Gezondheidszorg en Statistiek. Jhr. Mr. Dr. H. A. van Karnebeek, Burgemeester J. W. Albarda, Wethouder Mr. P. Droogleever Fortuyn, J. Jurriaan Kok, n Mr. Dr. H. J. Romeijn, A. C. A. van Vuüren, wordende door den Burgemeester een jaarwedde ge noten vanf 15.000 en door eiken Wethouder van- 5.000 1^1* Jaar van aftreding. 1923 £§$£.-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1917 | | pagina 16