15
34
VEHSLAG VAX HET OPENHAAK SLACHTHUIS.
Rekening- van het Openbaar Slachthuis over 1917.
f
Omtrent de rekening van het Openbaar Slachthuis over
1917 hebben Burgemeester en Wethouders de eer het vol
gende op te merken.
Terwijl de rekening over 1916 sloot met een nadeelig
saldo van f 34.031,34, leverde het jaar 1917 een voordeeliy
saldo op van f 16.620,56 (geraamd was een nadeelig saldo
van f 34.488,90*/s). Evenals het vorige jaar is deze uitkomst
in hoofdzaak toe te schrijven aan meerdere opbrengst van
de slachtgelden.
Het totaal der baten wijst rond f 82.800,of ruim 26
meer aan. lu hoofdzaak brachten meer op: Art. I „Op
brengst slachthuis” rond f 51.200,of bijna 20 (meer
brachten o. a. op „Slachtgeld” rond f 33.500,— of ruim
15*/» „Stalgeld” rond f 5.300,of ruim 67*/s „Keur
loon” f 5.600 of ruim 42 en „Weegloon” rond f 2.100,—
of ruim 13 Art. II „Opbrengst koelhuis” rond f 16.700,—
of ruim 62*/s en Art. III „Opbrengst ijs” rond f 14.000.—
of ruim 45'/j
De lasten bedroegen roud f 32.100,of ruim 9 meer,
hetgeen voornamelijk een gevolg is van de hoogere prijzen
van steenkolen en materialen. In lioofdzaak zijn gestegen:
Art. I „Exploitatiekosten slachthuis” rond f 12.400,of
ruim 26’/s Art. II „Exploitatiekosten koelhuis” rond
f 3.900,— of ruim 18‘/s Art. III „Fabricatiekosten van
het ijs” rond f 3.300,— of ruim 21 en Art. V „Algemeene
onkosten” roud f 21.300,of ruim 25
De exploitatie van het slachthuis als zoodanig leverde
een wiust op van rond f 51.100,dat is rond f 23.400,— of
ruim 85 meer dan het vorige jaar.
Het nadeelig saldo der exploitatierekening van het koel
huis bedroeg rond f 48.000,—, dat is rond f 15.700,of ruim
24*/s minder dan in 1916, terwijl de wiust van de ijs
fabriek rond f 13.500,bedroeg, dat is rond f 11.400,— of
ruim 536 meer dan het vorige jaar.
Geslacht werden 134.879 dieren, dat is 24.219 of ruim 21‘/s
meer dan in 1916. Geslacht werden 24.828 runderen tegen
20.798 in 1916; 12.214 graskalveren tegen 4.368 in 1916; 9.922
nuchtere kalveren tegen 4.691 in 1916 en 37.550 schapen
tegen 24.635 in 1916.
Het vleeschverbruik per hoofd in de Gemeente vermeer
derde van 44,98 K.G. per jaar tot 45,085 K.G.