16 VERSLAG DER VISSCHERSHAVEN. 1 reis jy vaartuigen, die gezamenlijk 3 3 8 10 15 12 8 1 logger 1 logger 1 2 1 logger Behalve bovengenoemde 1244 reizen op de Scheveningsche haven deden, havenden hier 65 loggers uit andere plaatsen 329 keer. Een 8-tal log gers ankerde vóór de haven; de viseh werd per roeiboot aan de markt gebracht. Daar de kans om de haringvisseherij uit te oefenen van maand tot maand geringer werd, werd de trawlvisscherij zoo lang mogelijk volgehouden. De hooge exploitatiekos ten, de moeite om steenkolen, ijs en andere behoeften voor de vaartuigen te verkrijgen, gepaard met het gevaar ter zee, maakten echter de animo niet groot en deden de vaar tuigen telkens langer in de haven verblijven dan andere jaren. Bijna dagelijks gingen de visscherijbehoeften, wat den prijs betreft, naar boven en de besommingen hielden geen gelijken tred met de steeds hooger wordende uitgaven. 28 Juli kwam de treurige tijding: „6 Scheveningsche log gers getorpedeerd” terwijl den volgenden dag een nieuwe treurmare „een Scheveningsch stoomkustvisschersvaar- tuig in den grond geboord” daaraan werd toegevoegd. Toen werd besloten de trawlvisscherij stop te leggen, een sleepboot werd uitgestuurd, om de nog in zee zijnde sche pen terug te roepen en de vaartuigen werden opgelegd. Enkele vaartuigen waagden zich betrekkelijk spoedig daarna weer op zee, doch het grootste gedeelte bleef stil liggen. 4 September werd door Engeland het contract betreffen de de versche visch opgezegd, waarna besprekingen te Londen werden gehouden over een nieuw contract. Aan deze visscherij namen van de Scheveningsche log- gervloot deel 92 vaartuigen, waarvan: 3 loggers deden 1 logger deed 4 reizen 3 loggers deden 5 6 8 9 10 11 12 13 deed 14 2 loggers deden 15 reizen 5 16 2 loggers deden 17 reizen 1 logger 1 1 deed 18 19 20 2 loggers deden 22 1 logger deed 25 2 loggers deden 26 1 logger deed 28 2 loggers deden 29 deed 31 32 deden 33 deed 44

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1917 | | pagina 602