16 4 VERSLAG DEK VISSCHERSHAVEN. De stoom vaartuigjes, die de kustyisseherij uitoefenden, voeren in het vroege voorjaar, gelijk hierboven reeds is gezegd, met zeer veel succes. De vischprijzen waren nog buitengewoon hoog en de scheepsbenoodigdheden waren nog in voldoende hoeveelheden te verkrijgen. Hoe verder het jaar echter verstreek, hoe minder voordeelig ook deze visscherij werd, terwijl de schepen dagen en dagen moes ten wachten, hetzij op kolen, hetzij op andere benoodigd- heden. Terwijl dan ook vele schepen werden opgelegd, deden zelfs enkele reeders hunne schepen van de hand. In het geheel deden de stoomtrawlers 613 reizen op de haven. De zeer sterk vermeerderde Scheveningsche kustvloot (schokkers, garnalenbooten en vletten) kon vrij geregeld haar bedrijf uitoefenen. Ook voor deze vaartuigen waren de verdiensten in het eerste halfjaar hoog om daarna geleidelijk te verminderen. Eigenaardig was het verschijnsel, dat de kustvaarders van andere plaatsen, die anders in grooten getale hier Bij die besprekingen wenschte Engeland: 1. zelf geen visch meer te ontvangen; 2. den uitvoer naar Duitschland stop te zetten; waaraan het, na ampele conferenties, als laatste, het navolgende toevoegde: a. 400 loggers, die nog geheel niet ter visscherij zijn uit gevaren, blijven liggen tegen 20 per maand per schip; b. 35 der resteerende loggervloot wordt opgelegd tegen een maandeljjksehe vergoeding van 70 per schip. c. 35% der stoomvisschersvaartuigen wordt opgelegd, zijnde de z.g. Engelsche schepen, tegen een maandelijksche compensatie van 200 (per maand) per schip; d. Duitschland ontvangt 7/13 als maximum der vangst. Van deze compensatie zou ongeveer 2/3 worden uitbe taald in Nederland; het overige 1/3 in Engeland, ’t welk echter niet mocht worden overgebracht naar Nederland, daar Engeland een verdere daling van den wisselkoers wilde voorkomen. Dit voorstel is door de Reedersvereeniging verworpen. De meerderheid dier vereeniging was van meening, dat men op deze voorwaarden niet kon ingaan. De visscherij zou dan vrijwel stop gezet zijn, zonder dat de moeilijkheden zouden zijn verminderd. Van de reedersvereeniging zou men een nieuw voorstel doen. Een contract is echter thans nog niet afgesloten.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1917 | | pagina 603