16
5
VERSLAG DER VISSCHERSHAVEK.
tuigen niet meer telt.
De laatste Seheveningsehe bommen werden als lichters
verkocht, zoodat de Seheveningsehe vloot dit soort vaar-
In September werden pogingen aangewend om nabij de
lichtschepen „Tersehellinger Bank” en „Doggersbank”, dus
in de z.g. vrije vaargeul op de Noordzee, de schelvischvaart
uit te oefenen. Hoewel aan dit bedrijf daar ter plaatse vele
gevaren verbonden waren, waren de resultaten zeer bevre
digend. Wel zou uit de hooge besommingen allicht gecon
cludeerd kunnen worden, dat de uitkomsten dezer visscherij
schitterend geweest moet zijn, doch men vergete dan niet
de hooge, zeer hooge exploitatiekosten, waardoor die hooge
besommingen voor een deel genivelleerd werden.
De diepte der Buitenhaven was het geheele jaar gunstig.
Vóór de buitenhaven was zij aan groote afwisseling onder
hevig en kwam het voor dat op enkele plaatsen 2,50 M.
N.A.P. werd gevonden.
*4
In de binnenhaven liet zich het gebrek aan ruimte en aan
een rustige ligplaats weer nijpend gevoelen. Bij slecht weer
of zelfs bij goed weer, doch met veel haling en deining in
het water maakten de schepen veel schade, terwijl de
slijtage aan meertouwen ontzettend was. Waar touwwerk
markten, dit jaar, op enkele uitzonderingen na, afwezig
bleven.
De trawlvisscherij had met groote bezwaren te kampen,
zoodat het practisch bijna ónmogelijk was, de haring-
visscherij uit te oefenen.
Toch waagden enkele schepen nog een poging, om deze
vissscherij uit te oefenen. 23 Augustus vertrok daartoe het
eerste vaartuig. De genomen proeven kunnen echter als
mislukt beschouwd worden.
Slechts 3 vaartuigen van Maassluis,
den Helder.
Zierikzee.
Rotterdam.
IJmuidèn.
Vlaardingen.
Urk
1
1
1
1
3
2
kwamen in de haven.
In het geheel maakte de schokkervloot 4760 reizen op de
haven, terwijl 38 vletten en garnalenbooten, voor zoover de
weersgesteldheid het toeliet, ter visehvangst gingen.