21 geval 4 IS 3 1 1 Hierbij moet worden in acht genomen dat de aankoop van nieuwe paarden steeds in het voorjaar en de verkoop van ongeschikte paarden zooveel mogelijk in het najaar plaats heeft, zoodat in den zomer altijd meer paarden aan wezig zijn. Evenals vorige jaren geschiedde de bespanning van sproeiwagens te Scheveniugeu gedeeltelijk met huurpaar den van F. C. Dubois, alhier. Het gemiddeld aantal in dienst zijnde paarden over het geheele jaar bedroeg, met inbegrip der gehuurde paar den, 173. De geneeskundige behandeling der eigen paarden bleef opgedragen aan den Rijksveearts, den heer H. v. Aken, terwijl, gedurende den tijd, dat de hoofdopzichter van het Voerwezen onder de wapenen was, de heer J. C. Roodzant zich wederom bereid verklaarde om toezicht te houden-op den algemeenen toestand, de behandeling en de verzorging der paarden. Dank zij mede diens goede zorgen was de gezondheidstoestand der paarden in het jaar 1917 wederom buitengewoon gunstig. In den loop van het jaar waren afwisselend 121 paarden ziek, waarvan 8 langer dan een maand. Het totaal aantal ziektedagen bedroeg 1381, dus gemiddeld per paard 8 dagen, tegen gemiddeld 9, 8, 16, 14, 15, 14, 15, 18, 20 en 19 dagen, resp. in de jaren 19161907. De aard der ziekte was in: 14 gevallen koorts; kreupelheid; drukwond; verkoudheid; verwonding; geschaafd; mok; hersen congestie; rheumatiek 19 gevallen nageltred; - steengal; 19 PAARDEN. 5» 37 18

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1917 | | pagina 865