24 k
13
VERSLAG DIENST VOOR KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN.
Aanwinsten van het Archief. Door vriendelijke bemidde
ling van Jhr. B. W. F. van Riemsdijk, lioofddirecteur van
het Rijks Museum werden van den heer J. H. Hari de Meur
te Watergraafsmeer, afstammeling van een der laatste be
stuurders van de Confrérie Pictura (den schilder J. Hari)
ten geschenke ontvangen verschillende losse stukken be
boerende tot het archief der Confrérie, o.a. verschillende
voordrachten voor benoeming van hoofdlieden.
Aanwinsten der Bibliotheek. Behalve met talrijke aan-
koopen, vervolgwerken en verslagen van plaatselijke in
stellingen en vereenigingen werden de volgende aanwin
sten van beteekenis verworven; eene groote verzameling
brieven van en aan schilders nagelaten door David J. Bles
en aan de bibliotheek ten geschenke gegeven door zijn zoon,
Mr. A. E. Bles, alhier. Voorts stonden zoowel de Commissie
voor de oprichting van een standbeeld voor Johan de Witt
als die voor de Haverman tentoonstelling de door haar ge
vormde archiefjes af. Zij konden beter in de Bibliotheek
worden ingelijfd, dan onder de „gedeponeerde archieven”
worden opgenomen.
Vermelding verdient voorts een, deels fotografische, deels
in handschrift uitgevoerde nauwkeurige copie van een ma
nuscript van A. v. Buehel uit de eerste jaren der 17de eeuw
over de door hem in den Haag gevonden geschilderde glas
ramen, dat allerbelangrijkste gegevens biedt voor de ramen
der Groote Kerk. Het origineel bevindt zich in de Utreeht-
sche Universiteitsbibliotheek,
Publicatie van voor de geschiedenis van den Haag be
langrijke archivalia. In het vierde deel zijner „Künstler-In-
ve.ntare” publiceerde dr. A. Bredius verschillende inventa
rissen van Haagsche kunstschilders, ontleend aan onze
rechterlijke en notarieele archieven. Ondergeteekende publi
ceerde in het tijdschrift „Oud-Holland” verschillende ge
gevens over de gebrandschilderde glazen der Groote of Sint
Jaeobskerk.
het zonder gevaar binnen het bereik van het publiek van
de Leeszaal brengt.
Historisch-topografische bibliotheek. In den loop van het
jaar .werd door Mr. Moll de systematische catalogus vol
tooid en voor den druk gereed gemaakt, Het is te verwach
ten, dat deze in 1919 het licht zal zien.
Mej. H. J. M. van Diepen was daarbij behulpzaam, hield
het gewone toezicht op de bibliotheek en beschreef de tal
rijke aanwinsten.