14
24 B VERSLAG DIENST VOOR KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN.
IV. Afd. Museum K. Vijverberg.
Toestand van het Gebouw. Deze geeft geen aanleiding
tot bijzondere opmerkingen; ik kan slechts in herhaling
vallen van de reeds in vorige verslagen geuite klachten
over de geheel onvoldoende ruimte, welke voor de directie
beschikbaar is. Gelukkig zal dit bezwaar echter weldra
worden opgeheven, nu er door het verhuizen der moderne
schilderijen meer ruimte is vrijgekomen, waardoor een
kamer voor den directeur zal kunnen worden verkregen.
Bij het vaststellen van dit verslag was deze verandering
reeds tot stand gekomen. De centrale verwarming bleef
goed voldoen. De kolenrantsoeneering was iets ruimer dan
verleden jaar, terwijl ook een voorraad hout werd inge
slagen. Het gevolg van een en ander was, dat er, zij het ook
met mate, gestookt kon worden. Herstellingen van belang
hadden niet plaats. Wel werd al het nog niet geschilderde
stucwerk van plafonds en gangen geschilderd.
Toestand van het Ameublement. Het ameublement be
vindt zich in goeden staat. Aangeschaft werden twee vitri
nes voor de expositie van de zich steeds uitbreidende ver
zameling Haagsch zilver. Zij werden uitgevoerd door de
firma Tacoma te Amsterdam.
Toestand van de Verzamelingen. Van bijzondere beteeke-
nis is natuurlijk de verplaatsing van de moderne schilde
rijen naar het nieuwe tijdelijke museum in de Zeestraat,
waarover hieronder uitvoeriger zal worden gehandeld.
De groote ruimte, die zij hier in beslag nam zal nu aan
de betere schikking der andere verzamelingen ten goede
kunnen komen. Zij werd echter eerst tegen het einde van
het verslagjaar tot stand gebracht, zoodat de consequenties
nog niet konden worden getrokken. Wel werd gedurende
eene maand van half November tot half December de leeg
gekomen groote zaal IX voor eene tentoonstelling van ge
ïllustreerde kinderboeken en origineele teekeningen voor
dergelijke boeken van Hollandsche kunstenaars aan de Ver-
eepiging „Kunst aan Allen” afgestaan.
De verzameling Haagsch zilver werd in een tweetal
nieuwe vitrines opgesteld.
De restauratie der schilderijen werd ook dit jaar voort
gezet door den heer D. de Wild. Tal van kleinere stukken
werden onderhanden genomen, o. a. het portret van Con-
stantijn Huijgens, de drie Berekheijde’s en het portret van
A. Stalpert van der Wielen. Het laatste vooral won bijzon
der bij deze bewerking, maar het blijft onopgelost, wie de
schilder van het bijzonder fraaie doek is, het monogram is