I
26
o
k-
te
E
I
VERSLAG BURGERLIJK ARMBESTUUR.
Hierdoor wordt voorkomen, dat het onderzoek wordt ge
daan door evenveel instellingen als om hulp worden aan
gezocht, hetgeen voor de hulpbehoevenden beteekent: ge
spaard te worden voor de groote ellende, van verschillende
zijden lastig te worden gevallen met vragen, welker beant
woording maar al te vaak een moreele pijniging beteekent
en hen reeds bij voorbaat een schrik doet krijgen van de
armenzorg in het algemeen en voor den armbezoeker in het
bijzonder.
Zoo blijft voor den armbezoeker het mooiste en beste deel
van het werk de behandeling weggelegd.
Hij komt niet meer tot den hulpbehoevende om te zien of
hij hem kan betrappen op een onjuiste mededeeling. Hij
komt tot hem als de medicus.Tracht laatstgenoemde leniging,
zoo mogelijk genezing, te brengen van physiek lijden, de
armbezoeker tracht het maatschappelijk lijden van den hem
toevertrouwde te verzachten en zoo mogelijk genezing te
brengen door opheffing. Zijn hoofdwerk is nu geworden:
aan ieder van de aan zijn zorgen toevertrouwden een invi-
dueele behandeling te verzekeren; hem te geven, hetgeen
hij speciaal noodig heeft.
Komende als raadsman, zoo mogelijk als vriend in de
gezinnen der hulpbehoevenden, zal hij hebben na te gaan,
wat er noodig is, welke maatregelen er getroffen moeten
worden, welke wegen er te bewandelen zullen zijn, om, in
verband met den aard, het karakter van een gezin en van
de leden van dat gezin, naar de soort en de mate van hulp
behoevendheid, waarin het verkeert, geholpen te worden
op die wijze, welke voor ieder de meest aangewezene is.
Mede met het oog hierop zal een andere wijkverdeeling
in het leven worden geroepen. De wijken zullen nu zoo ver
deeld worden, dat zij overeenkomen met die van den Ge
meentelijken Geneeskundigen Dienst, waardoor het mogelijk
zal zijn een geregelde samenwerking te verkrijgen tusschen
een zelfde armbezoeker en een zelfde medicus, hetgeen on
getwijfeld den hulpbehoevenden ten goede zal komen.
Ook met een andere wijze van uitreiking van de onder
steuning werd in den loop van dit jaar een aanvang ge
maakt; met den regel, dat de ondersteuning op een voor
allen gelijk gesteld uur moet worden afgehaald, zal wor
den gebroken.
Voor de beroepswerkloozen, voor de armen van professie,
voor hen die arm zijn, omdat zij te. lui zijn om te werken,
bestaat geen bezwaar om dezen naar het Burgerlijk Arm
bestuur te laten komen op één dag en één uur. Voor dezen
zal dus de oude regeling kunnen worden blijven gehand
haafd.
I