I
Graphische Voorstelling der Branden
gedurende de jaren 1913 t m 1918.
400
350
1
300
250
I
200
150
100
90
70
60
50
40
20
10
Kleine binnenbranden.
Schoorsteenbranden.
Buitengewone branden.
Zware binnenbranden.
Uitslaande branden.
1
0
en
De lijnen in bovenstaande graphiek zijn verkregen door het aantal alarmeeringen van een bepaalde soort
°P te tellen bij het aantal der alarmeeringen van de andere in de legenda daaronder geplaatste soorten.
De lijn der kleine binnenbranden is dus de som van alle branden.
Zoo verkrijgt men van het aantal branden in het jaar 1916 het volgende beeld:
Uitslaande branden 11; Zware binnenbranden 20; Buitengewone branden 46; Totaal 77. Schoorsteen
randen 81; Totaal 158. Kleine binnenbranden 163; Totaal 321.
De lijnen wijzen in verband hiermede aan de punten 11, 31, 77, 158, 321.
Het totaal aantal branden van een bepaalde soort is dus af te leiden uit de graphiek, door aftrekkina
der af te lezen cijfers.
Bijv, het aantal schoorsteenbranden is 158 77 81.
■420
80
30
UI
O'
O'
00
T—H
O'
O'
F
O's
O'