10 Kamers van 625 1577 154 336 Patroons. 840 277 460 175 Werklieden 4984 1952 3335 1125 Blijkens de ingeleverde processen-verbaal van de op 3 Juli 1918 gehouden stemming ter verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal heb ben totaal 67.011 kiezers aan de stemming deelgenomen en zijn 2.989 biljetten van onwaarde verklaard. Uit de door de stembureaux ingezonden opgaven, bedoeld bij art. 90 van de Kieswet, is gebleken, dat door 7.468 kiezers niet is deelgenomen aan de stemming. Door 5.432 kiezers is aan den Burgemeester op een, naar zijn oordeel, voldoende wijze aangetoond, dat voor het niet nakomen van de verplichting, opgelegd bij art 71, 2e lid, der Kieswet, een geldige reden voor verhindering bestond. Aan den ambtenaar van het Openbaar Ministerie bij het Kantongerecht alhier zijn verder de namen van 2036 kiezers opgegeven, welke niet of niet voldoende van het aanwezig zijn van een geldige reden van ver hindering hebben doen blijken. B. Ingevolge de Wet op de Kamers van Arbeid. (Wet van 27 Mei 1897, Staatsblad no. 141). Op de in 1918 vastgestelde kiezerslijsten voor patroons en voor werklieden der onderscheidene Arbeid kwamen voor: Kamers van Arbeid voor: de bouwbedrijven de Confectiebedrijven de Voedings- en Genotmiddelen de Drukkersbedrijven het Logement- en Koffiehuis- houdersbedrijf de Winkel- en Grossiersbedrijven Bij Koninklijk besluit van 4 Juli 1917, No. 61, is de Kamer vah Arbeid voor het Crediet- en Verzekerings wezen opgeheven. De volgende verkiezingen voor Kamers van arbeid hebben in 1918 plaats gehad: Dagteekening der Opmerk ingen. patromu. stem ming. herstem ming. NAMEN DEK BENOEMDE LEDEN. 17 Juli id. 48 48 Getal kiezers opgekomen bij de stem- herstem ming. ining. Voedintjs- en Genotmiddelen. A. v. d. Heijden, J. D. Peters,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1918 | | pagina 13