50
In afwachting van nadere uitwerking van het plan tot
stichting van een centrale machineschrjjfsehool, genieten de
leerlingen van alle de drie thans bestaande handelscursussen
het machineschrijfonderwijs in het gebouw aan het Westeinde.
De reeds in November 1917 ter uitbreiding toegestane 6
schrijfmachines, werden tengevolge van den oorlogstoestand
nog niet ontvangen.
Ook het leerplan, dat in de eerste tien jaren van het be
staan van den Handelscursus zoo goed als onveranderd
bleef, onderging eenige wijziging. Het boekhoudonderwijs
op den Voorbereidenden Cursus, waaraan één uur per week
in het tweede leerjaar besteed werd, vervielde vrijkomende
tjjd kwam voor de eene helft aan het Nederlandsch en voor
de andere aan het rekenen ten goede. Tot deze wijziging
werd besloten omdat men op grond van de ervaring het
boekhouden als. een voor de jeugdige leerlingen van den
Voorbereidenden Cursus minder geschikt vak was gaan be
schouwen en ook omdat het onderwijzen van boekhouden
op den Voorbereidenden Cursus en het opnieuw beginnen
met dat vak op den Hoofdcursus, zooals het leerplan dat
voorschreef, niet logisch geacht kon worden. In de boeken-
Ijjsten kwamen enkele weinig ingrijpende wijzigingen. Mid
delen ter bevordering van de zelfbeperking der leerlingen
van den Hoofdcursus bij de vakkenkeuze, werden zeer ernstig
overwogen, doch tot wijziging van het leerplan in die richting
kon het niet komen.
Aan de drie klassen van de bestaande schoolgeldregeling,
te weten
vol betalend met leermiddelenbekostiging door den leerling,
half „de Gemeente,
en niet
voegde de Gemeenteraad bij besluit van 22 Juli 1918 een
4e toe, n.l. halfbetalend met leermiddelenbekostiging door
den leerling.
In de wijze waarop de administratie voor de Cursussen
en de Commissie van Toezicht wordt gevoerd, kwam bij den
aanvang van het Cursusjaar 1918/1919 een grondige ver
andering. De Commissie was, in overeenstemming met de
Directeuren, tot het inzicht gekomen, dat, waar bij de ge
stadige uitbreiding van het leerlingen-tal en de splitsing
van den Cursus in drieën, de administratieve werkzaamheden,
zoowel voor de scholen als voor het toezicht, sterk zouden
toenemen, terwijl vele aangelegenheden, ondanks de zelf
standigheid van elk der scholen, centraal geregeld dienden
te blijven. het wenschelijk was, één persoon van behoorlijke
administratieve ontwikkeling, ondergeschikt te stellen aan
Commissie en Directeuren, t met het geheele complex der
3
VERSLAG GEMEENTELIJKEN HANDELSCÜRSÜS.