51
5
VERSLAG CONSERVATORIUM VOOR MUZIEK.
Uit dezen staat blijkt o.m., dat het onderwijs werd gegeven,
behalve door den directeur, door 35 leeraren en leeraressen,
en dat, indien men optelt het aantal leerlingen dat in de
verschillende] klassen was ingedeeld, men komt tot 1076 en
dat het aantal wekelijksehe lesuren bedroeg 468.
Door 40 leerlingen uit de hoogste klasse werd aan meer
gevorderden les gegeven.
Van de 322 ingeschreven leerlingen betaalden 238 school
geld; de overigen ontvingen kosteloos onderwijs.
Van elders kwamen 72 leerlingen, namelijk uit Leiden 7,
Delft 13, Rotterdam, 9, Amsterdam 2, Gouda 4, Rijswijk 5,
Wassenaar 1, Hof van Delft 2, Naaldwijk 1, Gorinchem 1,
Hilversum 3, Zwolle 2, Haarlem 2, Arnhem 1, Roermond 1,
Hillegom 1, Wageningen 1, Sittard 1, Utrecht 1, Apeldoorn
2, Bennekom 1, Soest 1, Oegstgeest 1, Bergen op Zoom 1,
Loosduinen 1, de Lier 1, Didam 1, Voorburg 2, Vught 1,
Zwijndreeht 1, Bloemendaal 1.
In den loop van het jaar 1918 verlieten 90 leerlingen
om verschillende redenen het Conservatorium. Daarvan
namen 54 leerlingen deel aan het eindexamen, waarvan er
42 slaagden te weten
Voor piano (onderwijskunst): de dames L. M. W.
G. Hilgers, E. M. van der Weede, J. C. Vleugels, H. W. F.
Büller, H. L. M. C. Smits, B. W. M. Kemmers, J. I. Storten
beker, E. Kampfraath en W. J. G. Gerarts, de heeren: M.
W. van der Plas, M. Keulemans en A. G. Venderbos.
Voor piano (solospel): de dames J. J. S. Pool, W. C.
C. M, Oostdam en C. C. van Emmerik, die bovendien de
Fock-medaille verwierf.
Voor viool (onderwijskunst): de dames L. S. M.
Scholte, J. van den Burg en de heer J. Marinus.
Voor viool (solospel): de dames J. C. H. van der
Meulen en W. J. M. Snijders; de heeren: W. F. Broer van
Dijk en F. P. Poth.
Voor violoncel (onderwijskunst): Mej. M. Olivier,
de heeren: J. de Rook, J. M. van der Beek en W. van den
Burg.
Voor violoncel (solospel): de heer J. van Poortvliet.
Voor orgel (onderwijskunsten solospel): de heer
II. S. Wouters.
Voor zang (onderwijskunst): de dames D. Charlouis,
W. de Bruyn Kops, A. Perizonius, M. de Haan, H. C.
Swart, B. J. W. Meischke en C. J. H. Helfrich.
Voor zang (solo): Mej. C. M. van Voorthuysen.
Voor clarinet (so 1 ospe 1)de heer M. Adam.
Voor hoorn: de heer J. P. L. van der Beek.
Voor fagot (orkestspel): de heer P. H. Verhagen.
