I j 53 114 VERSLAG LAGER ONDERWIJS personeel, was ziekte, een andere: vacature onder het vaste personeel, terwijl ook eenige tijdelijke leerkrachten werk zaam waren in verband met het onder de wapenen zijn van vaste onderwijzers. Correctie van het schriftelijk werk. Het oordeel der sub commissies omtrent de correctie van het schriftelijk werk was ook dit jaar over het geheel weder gunstig; van enkele scholen werd gemeld, dat het schriftelijk werk er net uitzag. Op geen enkele school werd uitsluitend onder schooltijd gecorrigeerd; onder en na de lesuren had zij op de meeste scholen plaats. Kweekelingen. De vraag: „Hebt gij ook bemoeienis met de praktische vorming der kweekelingen?” werd door 26 hoofden bevestigend beantwoord, tegen 21 in 1917. Het oordeel der hoofden, die zich met de praktische op leiding van de kweekelingen bemoeien, luidt evenals het vorige jaar gunstig aangaande het profijt, dat de kweeke lingen zelf van hun (haar) verblijf in de school genieten. Ofschoon de meesten van meening zijn, dat de school weinig voordeel van de kweekelingen trekt, wordt hun aanwezig heid aldaar toch door enkelen op prijs gesteld, voornamelijk voor het verrichten van kleine diensten en voor hulp in de lagere klassen. Het hoofd der school Hekkelaan 197 bericht: De kweeke lingen leeren tijdens de schooluren met de kinderen omgaan en op welke wijze zij later les moeten geven. Zij kuunen hulp verleenen door kinderen, die wat achter zijn ,wat bij te werken. In het verslag van het hoofd der school aan de Antonie- Duyckstraat 126 lezen wij: De kweekelingen leeren een les overzien. Onder leiding van de klasse-onderwjjzers (essen) worden de lessen, welke zij zelf geven, voorbereid. Het hoofd der school bespreekt met hen het leerplan der geheele school. Conciërges. De vraag: Is er een conciërge? werd door 43 hoofden van de 75 bijzondere scholen bevestigend beant woord. r

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1918 | | pagina 1859