59
rj
11
VERSLAG BEWAARSCHOOLAKTE-EXAMENS.
I
OPVOEDING EN ONDERWIJS.
Verreweg de meeste Candida ten kozen het tweede der
drie onderwerpen. Slechts twee harer bewerkten het eerste
onderwerp en één het laatste. Opmerkelijk is het, dat juist
deze drie opstellen tot de beste behoorden.
De opstellen over het vertellen vertoonden veel overeen
komst met elkaar. Slechts één candidaat toonde in dit
opstel eenige oorspronkelijkheid. De overige candidaten
gaven niet meer dan een samenvattenting van hetgeen haar
op de les over dit onderwerp was geleerd. Verscheidene
opstellen deden zien, dat de schrijfster ervan niet alles
begrepen en verwerkt had, wat zij van haar leermeester
had gehoord. Uit enkele opstellen bleek, dat de candidaten
gevoelden, van welke hooge waarde het vertellen voor de
bewaarschool is.
Bij het mondeling examen in opvoedkunde werden onder
meer de volgende onderwerpen besproken:
Het spel en de verstandelijke ontwikkeling. Het waar
nemen ook gedurende andere lessen dan het aanschouwings-
onderwjjs. Regeering en tucht. De omgeving van het kind
thuis, in de school en op straat, en welken invloed die om
geving kan hebben op de verstandelijke, zedelijke en licha
melijke ontwikkeling. Straffen en beloonen. Zintuiglijke
de m. Anderen noemden de l een rateling, maar wisten
niet, waarom zij dat deden.
Het losmaken van de klanken uit de uitspraak van een
woord ging nog niet altijd even goed. De schriftelijke voor
stelling van het woord misleidde de candidaten hierbij
menigmaal.De meesten konden de d-klank niet vóórtbren
gen zonder het bijgeluid u.
Opmerkelijk was, dat men meestal de klinkerreeksen goed
kon opgeven, maar niet begreep, waartoe het diende de
klinkers in reeksen onder te brengen.
De opnoeming van de samenstellende deelen van de twee
klanken liet somtijds te wensehen over; vooral was dit het
geval met de ui-, soms zelfs met de au en de ei, waarbij
men dan eveneens te veel op de schriftelijke voorstelling
afging. Enkele candidaten beweerden zelfs, dat de oe
een tweeklank is.
Het is nog eenige keeren voorgekomen, dat een candidate
verklaarde, in het geheel niets gedaan te hebben aan de
theorie, van het spreken.
Er mag worden geconstateerd, dat de uitspraak over het
algemeen beschaafd was.