59
22
OPVOEDING EN ONDERWIJS.
helft der candidaten slaagde hierin zelfstandig, enkele malen
leidde dit onderdeel van het examen tot een onvoldoend cijfer.
Het gebruik van de stemvork ging byna allen handig af.
Kennis van den omvang der kinderstem en van de voor
zorgen, in acht te nemen bij het zingen, bleek by de meeste
candidaten in voldoende mate aanwezig. Van de eischen,
die gesteld moeten worden by het kiezen van liedjes voor de
bewaarschool, waren nog niet alle candidaten op de hoogte.
Het eerste onderwerp der sehriftelijke opgaven kozen 32
candidaten, het tweede 11 en het derde 14. Het eerste
onderwerp bleek het meest voor de krachten der candidaten
berekend te zijn. Er waren zelfs enkele zeer goede opstellen
bij. De tweede opgave was niet door allen goed begrepen.
Van de derde opgave, een onderwerp uit .de dagelijksche
praktijk der candidaten, had men mogen verwachten, dat
deze geheel binnen haar bereik viel. Dit bleek echter niet
het geval te zijn. De meeste candidaten schoten te kort in
de aanwijzing van het doel der tweede gave en van de
veranderingen daarin aan gebracht.
Over het algemeen waren de opstellen middelmatig van
inhoud en vorm. De meeste candidaten wisten bij het mon
delinge examen het eindcijfer te verbeteren, zoodat zij een
voldoend eindcijfer kregen.
Bij het mondeling examen*werden besproken:
De paedagogische werken, door de candidaten gelezen.
(Meestal werden opgegeven: Paedagogische opstellen van
Dr. Gunning. Zedelijke opvoeding, van Mej. Kooistra en de
Geschriften van Ligthart. Een enkele candidaat noemde de
Emile van Rousseau. Volgens de candidaten waren deze
werken gelezen, deels met en deels zonder leiding der
leeraren. Naast een enkele minder juiste weergeving der
lectuur kwam het nog al eens voor, dat de candidaten blijk
gaven met oordeel gelezen te hebben).
Verder kwamen nog ter sprake de volgende onderwerpen
De kennis, opgedaan, sedert de akte A verkregen is.
Waarom de kennis van opvoedkunde en zielkunde noodig
is. Hoe de opvoeding beoogt het geluk van een kind te
verhoogen. Over verschillende paedagogen, die invloed ge
oefend hebben op onze tegenwoordige bewaarscholen. Waarin
verschilden de beginselen van Fröbel en Pestalozzi? Iets
uit de geschiedenis van het bewaarschool wezen in ons land.
Fröbelschool en Montessorischool als tegenstellingen. Over
eenkomst van beide. Het leerplan en de eischen daaraan
VERSLAG BEWAARSCHOOLAKTE-EXAMENS.