8
By lage 11
Beheer.
Toestand der werken.
II.
Duinkanalisatie.
a.
Aan de bestaande filters werden geene andere werkzaam
heden verricht dan die der periodieke schoonmaak van het
filteroppervlak en de gebruikelijke vernieuwing van het
duinzand in eenige dezer filters, hetwelk door de gewone
schoonmaak te veel in dikte was verminderd. De reinwater
riolen en -kelders ondergingen eveneens de jaarlyksche
schoonmaak.
Met de werken in sprank H werd geregeld voortgegaan,
zoodat deze in dit jaar bijna gereed kwamen. Uit de sprank
werd circa 21.000 M3. zand verwijderd. De geheele sprank
zal na de beƫindiging in Februari 1919 eene lengte hebben
van 829 M. De bestaande helmbeplanting werd geheel ten
genoegen van het Hoogheemraadschap Rijnland onderhouden
en de nieuwe uitgravingen en storten werden met helm
vastgelegd.
Voor de controle op het diep bodemwater in het gebied
van de watervang werden een drietal nieuwe waarnemings
posten gemaakt. De uit deze en uit de vorige putten ge
nomen monsters water werden geregeld scheikundig in het
Gem. Laboratorium onderzocht.
In de Commissie van Bjjstand in het beheer der Duinwater
leiding kwam in dit jaar geene verandering, zoodat deze op
31 December onder voorzitterschap van den Wethouder
Mr. Dr. H. J. Romeyn bestond uit de heeren J. J. Verburg,
W. P. G. Helsdingen, W. A. T. de Meester en J. J. L.
Bourdrez.
VERSLAG omtrent den toestand der werken en
den uitslag van de exploitatie der Duinwater
leiding van s-Gravenhage over het jaar 191S.
b. Filters en pompstation.
I.