12 Gaslevering. n. nr. 150 180 165 135 135 105 150 125 150 137,5 112,5 112,5 87,5 86 86 70 80 80 150 150 150 125 90 90 50 50 50 40 60 60 150 150 150 125 90 90 70 86 86 70 80 80 100 120 110 90 90 70 September October November December In verband met een voorschrift der Rykskolendistributie, dat in den zomer op gas moest worden gekookt, werd aan gezinnen, die nog geen gasrantsoen voor koken hadden, een kookrantsoen toegekend. De staking der kolenlevering door Duitschland had ten gevolge dat de gastoewijzing voor de periode 1 April— 1 October die oorspronkelyk 20.650.657 M3. 'bedroeg eerst met 10 en daarna nog met 20 werd verminderd, zoodat slechts 57,6 van het verbruik in 1915 was toegestaan. Voor de winterperiode 1 October 19181 April 1919 werd oorspronkelijk 16.864.659 M3. toegewezen; op aandrang van het gemeentebestuur by de regeering werd deze hoeveelheid verhoogd tot 20.140.737 M3., onder verplichting dat 30 hiervan watergas zou zyn. Het verbruik werd beheerscht door het in October van het vorige jaar ingevoerde gasrantsoeneeringsstelsel. In den aan vang van het jaar werd het normaal verbruik van alle gezinsrantsoenen verhoogd met 10 M3. per maand, en in verband met de huurwaarde werden verschillende vermenig vuldigingsfactoren toegepast en wel in verhouding van 11,25 en 1,5 voor huurwaarden beneden f 250,van f 250,tot f 650,en boven f 650,Deze laatste regeling werd in Juli ingetrokken. Maandelijks werden door Burgemeester en Wethouders, in verband met de kolenpositie, factoren vastgesteld ter herleiding van de normaalrantsoenen in ter beschikking der verbruikers gestelde hoeveelheden gas. Die factoren waren: in Januari uniform Februari. Maart April „Mei Juni Juli Augustus uniform 1 VERSLAG DER GEMEENTEGASFABRIEKEN. V oor bedryven. Voor bedrijven met huishoudelijk verbruik. Voor gezinnen. Huurklasse I.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1918 | | pagina 324