49 f 7.452.266,76 40.000,— f 7.492.266,76 275.000. f 7.217.266,76 f 360.932.833 26.195.70 5.410,— 24.776,68 Wij laten hier volgen een staat der geineenteschulden. 48.652,85 65.381,25 Het bedrag der afschrijvingen, zoowel tengevolge van reclame, als tengevolge van overlijden en vertrek en het bedrag der oninbare posten, is te stellen op pl.ni. zoodat het zuiver bedrag ongeveer zal zijn De plaatselijke directe belasting naar het inkomen werd geheven naar het verhoudingscijfer 1. Het bedrag der kohieren beliep tot 1 April 1919 De nog vóór 1 Juli vast te stellen suppletoire kohieren zullen vermoedelijk bedragen pl.m De opbrengst der overige belastingen en rechten was als volgt: Hondenbelasting 1) Vergunningsrecht Belasting op openbare vermakelijk heden 2) Belasting op het gebruik van open baren Gemeentegrond Belasting voor het stationneeren met rijtuigen enz Rechten wegens het tijdelijk innemen van openbaren Gemeentegrond Een overzicht der opbrengst van de Inkomstenbelas ting over de jaren 1914, 1915, 1916, 1917 en 1918 is opge nomen onder de bijlagen van dit verslag als No. 10. 4 De nieuwe verordening is in werking getreden den 1 Jan. 1917. 2) Hiervan werd gerestitueerd f 53.547,38s.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1918 | | pagina 52