15 37 VERSLAG VAN HET OPENBAAR SLACHTHUIS. De Secretaris, M. van Reenen. 26.568 kalveren tegen 32.632 in 1917, 5923 varkens tegen 38.611 in 1917 en 17.014 schapen tegen 37.550 in 1917. Het vleeschverbruik per hoofd in de Gemeente verminderde van 45.085 K.G. tot 16,93 K.G. Gestald werden 43.027 dieren, dat is bijna 28'/2 °/o minder dan in het vorige jaar. Gevoederd werden 19.549 dieren of 13 °/0 meer dan in 1917, wat een gevolg is van de wijziging van het slacht- tarief waarbij is vastgesteld, dat de slachtdieren direct bij stalling worden gevoederd. Ter keuring werden ingevoerd 10.488 geheele dieren, dat is 6.029 of 36'/2 °/o minder dan in 1917 en 529.941 K.G. vleesch, vet en afval, dat is 275.502 K.G. of ruim 34 minder dan in het vorige jaar. Van de 359 koelcellen waren er op 31 December 326 voor een jaar of één of meer maanden verhuurd, waaronder 182 cellen, van 1 October t/m. 31 December, in gebruik genomen door het Rijk, voor bewaring van vleesch voor invriezing bestemd. Evenals de pekelcellen, was ook de koelruimte, bestemd voor opslag van versche land- en tuinbouwproducten, geheel in gebruik genomen. In 1918 werd verkocht rond 4.124.200 K.G. ijs tegen rond 4.987.000 K.G. in 1917, eene vermindering dus van rond 862.800 K.G. of bijna IT'/a°/o- De gemiddelde verkoopsprijs per 1000 K.G. steeg van f 8,93 in 1917 tot f 11,10 in 1918; de kostprys van het ijs vermeerderde van f 6,253 in 1917 tot f 9,51'/2 in 1918. Burgemeester en Wethouders van 's-Gravenhage, J. Patijn.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1918 | | pagina 541